Het Achterhuis, het beroemde dagboek van Anne Frank
Publicatiedatum: 25 juni 2022
Op 25 juni 1947, in 2022 75 jaar geleden, wordt het beroemde dagboek van Anne Frank, Het Achterhuis, uitgegeven. Het is het verhaal van een meisje met een groot schrijverstalent, dat de gebeurtenissen en de verstandhoudingen in het Achterhuis tijdens de oorlog beschrijft. Ze vertrouwt haar meest intieme emoties alleen toe aan haar denkbeeldige vriendin Kitty, zoals ze haar dagboek noemt. Het Achterhuis is één van de meest gelezen boeken ter wereld.
Annelies Marie Frank wordt op 12 juni 1929 geboren in het Duitse Frankfurt am Main. Haar ouders zijn Otto en Edith Frank. Haar zuster Margot is 3 jaar ouder dan Anne. De familie Frank is van Joodse afkomst. Als in 1933 Adolf Hitler aan de macht komt, voeren de nazi’s anti-Joodse maatregelen in. Vanwege de Jodenhaat en de slechte economische situatie in Duitsland besluit de familie Frank in 1933 naar Nederland te emigreren. Otto Frank begint in Amsterdam een bedrijf.
Anne voelt zich thuis in Nederland. Ze leert de taal, krijgt vriendinnetjes en gaat naar school. Vader Otto weet een handel in pectine, kruiden en specerijen op te zetten. Op 1 september 1939 vallen de Duisters Polen binnen en begint de Tweede Wereldoorlog. Aan Annes onbezorgde tijd in Nederland komt op 10 mei 1940 een einde als de Duitsers ook ons land binnenvallen. De nazi’s voeren gestaag anti-Joodse maatregelen in. Zo mogen Joden niet meer parken en bioscopen bezoeken en moeten ze een gele davidsster dragen. Otto raakt zijn bedrijf kwijt en alle Joodse kinderen, dus ook Anne en Margot, moeten naar een aparte Joodse school.
Dagboek Kitty
Op 12 juni 1942 wordt Anne 13 jaar. Voor haar verjaardag krijgt ze onder andere een dagboek. Ze begint met schrijven in haar dagboek op 14 juni. Anne blijkt over een bijzonder observatievermogen te beschikken en weet situaties trefzeker te beschrijven. Ze heeft een groot schrijverstalent, dat zich al op jonge leeftijd aandient. Ze noemt haar dagboek Kitty en vertrouwt haar meest intieme gedachtes en gevoelens alleen aan haar denkbeeldige vriendin toe.
Over het dagboek schrijft ze op 20 juni 1942: “ Nu ben ik bij het punt beland, waar het hele dagboekidee om begonnen is: ik heb geen vriendin. Om nog duidelijker te zijn, moet hierop een verklaring volgen, want niemand kan begrijpen dat een meisje van 13 helemaal alleen op de wereld staat; dat is ook niet waar: ik heb lieve ouders en een zuster van 16, ik heb alles bij elkaar geteld zeker wel 30 kennisjes en wat je dan vriendinnen noemt, – ik heb een stoet aanbidders, die me naar de ogen zien en als het niet anders kan, met een gebroken zakspiegeltje in de klas nog een glimp van me trachten op te vangen.
Ik heb familie, lieve tantes en ooms, een goed thuis, neen, ogenschijnlijk ontbreekt het me aan niets, behalve aan ‘de’ vriendin. Ik kan met geen van mijn kennisjes iets anders doen dan pret maken, ik kan er nooit toe komen eens over iets anders te spreken dan over alledaagse dingen. Want wat intiemer te worden is niet mogelijk, en daar zit hem de knoop. Misschien ligt dat gebrek aan vertrouwelijkheid bij mij; in ieder geval, het feit is er en het is jammer genoeg ook niet weg te werken. Daarom dit dagboek.”
Onderduiken
De nazi’s gaan steeds verder in het nemen van anti-Joodse maatregelen. Als op 5 juli 1942 Margot een oproep krijgt om te werken in Duitsland, besluit de familie Frank onder te duiken aan de Prinsengracht 263, het bedrijfspand van Otto Frank. Een boekenkast verbergt de ingang naar de onderduikplek. Er komen ook andere onderduikers bij in het Achterhuis, zoals Anne de onderduikplek noemt. De familie Van Pels, die Van Daan wordt genoemd in Het Achterhuis, volgt een week later. De 2 families kennen elkaar al: Hermann van Pels werkt voor het bedrijf van Otto Frank. Na 4 maanden komt Fritz Pfeffer (Albert Dussel in Het Achterhuis) er als 8e onderduiker bij. Hij is een kennis van de familie Frank.
Het is er erg krap en de praatgrage Anne moet stil zijn. Ze is vaak zeer bang. Anne tegen Kitty hierover: “Het benauwt me ook meer dan ik zeggen kan, dat we nooit naar buiten mogen en ik ben erg bang, dat we ontdekt worden en dan de kogel krijgen. Dat is natuurlijk een minder prettig vooruitzicht. Overdag moeten we altijd erg zacht lopen en zacht spreken, want in het magazijn mogen ze ons niet horen.”
Journaliste en schrijfster
In de 2 jaar op het onderduikadres schrijft Anne over gebeurtenissen in het Achterhuis en over wat ze voelt en denkt. Daarnaast schrijft ze korte verhalen, begint ze aan een roman en schrijft ze in haar Mooie-Zinnenboek passages over uit boeken die zij leest. Het schrijven helpt haar de dagen door. Als de minister van Onderwijs van de Nederlandse regering vanuit Engeland via Radio Oranje oproept om oorlogsdagboeken- en documenten te bewaren, brengt dat Anne op het idee om haar dagboek, schriften en papieren te bewerken tot 1 verhaal met als titel Het Achterhuis.
Schrijven betekent veel voor Anne, zeker in de benarde situatie waarin de onderduikers zich bevinden. Het is haar manier om zich te uiten. Ze wil graag een beroemd journaliste en schrijfster worden. Soms twijfelt ze of ze wel over voldoende talent beschikt, maar ze wil hoe dan ook schrijven. Op 16 maart 1944 schrijft ze aan Kitty: “Het fijnste van alles vind ik nog dat ik dat wat ik denk en voel tenminste nog op kan schrijven, anders zou ik compleet stikken.” En op 11 mei 1944: “Nu over iets anders: Je weet allang dat m’n liefste wens is dat ik eenmaal journaliste en later een beroemde schrijfster zal worden. (..) na de oorlog wil ik in ieder geval een boek getiteld Het Achterhuis uitgeven. Of dat lukt blijft ook nog de vraag, maar m’n dagboek zal daarvoor kunnen dienen. (..).”
Puberteit Anne Frank
Aanvankelijk schrijft ze over het leven op school, over haar belevenissen en over haar vriendinnen en jongens. Als de familie Frank is ondergedoken, beschrijft ze de situaties in het Achterhuis en over haar wensen en angsten. Ze heeft het over de onderlinge conflicten op het onderduikadres. De familie Van Pels heeft kritiek op de opvoeding van Anne. Op 27 september 1942 schrijft ze: “Sommige mensen schijnen het een bijzonder genoegen te vinden, niet alleen hun eigen, maar ook nog de kinderen van hun kennissen op te voeden. De Van Daans behoren tot die mensen. Aan Margot is niets op te voeden, die is van nature de goed-, lief- en knapheid zelve, maar ik draag haar deel aan ondeugendheid ruimschoots mee.”
Anne kan niet goed opschieten met haar moeder en haar zuster. De relatie met Margot verbetert later enigszins. Ze schrijft over de oorlog en wat de onderduikers hiervan meekrijgen. Aanvankelijk vindt ze Peter van Pels (van Daan) “een tamelijk saaie en verlegen slungel, van wiens gezelschap niet veel te verwachten is”. Anne ondergaat lichamelijke en geestelijke veranderingen als ze in de puberteit belandt.
Ze wordt ongesteld en schrijft aan Kitty op 5 januari 1944 hierover: “Ik vind het zo wonderlijk, dat wat er met me gebeurt en niet alleen dat, wat aan de uiterlijke kant van mijn lichaam te zien is, maar dat wat zich daarbinnen voltrekt. Juist omdat ik over mezelf en over al deze dingen nooit met iemand spreek, spreek ik met mezelf er over. Telkens weer als ik ongesteld ben, en dat is nog maar drie keer gebeurd, heb ik het gevoel dat ik, ondanks alle pijn, narigheid en viezigheid, een zoet geheim met me meedraag en daarom, al heb ik er niets dan last van, verheug ik me in zekere zin altijd weer op de tijd, dat ik weer dat geheim in me zal voelen.”
Verliefd
Ze voelt zich plotseling aangetrokken tot de 2 jaar oudere Peter. Op 13 februari 1944 noteert Anne in haar dagboek: “Zondagochtend merkte ik al – ik zal eerlijk zijn – tot mijn grote vreugde dat Peter me aldoor zo aankeek. Zo heel anders dan gewoonlijk, ik weet niet, ik kan het niet uitleggen hoe. Vroeger had ik gedacht, dat Peter verliefd op Margot was, nu had ik opeens het gevoel, dat dit niet zo is. De hele dag keek ik hem expres niet veel aan, want als ik dat deed, keek hij ook steeds en dan -, ja dan, dan kreeg ik een gevoel in me, dat ik toch niet te vaak mocht krijgen.”
Ook de relatie met haar vader verandert gaandeweg. In 1e instantie vindt ze dat hij haar als enige begrijpt, terwijl ze later juist vindt dat hij haar niet begrijpt. Op zondag 15 juli 1944 vertrouwt ze Kitty toe: “Hoe komt het nu, dat vader me in mijn strijd nooit tot steun is geweest, dat hij helemaal missloeg toen hij me de helpende hand wou bieden? Vader heeft de verkeerde middelen aangepakt, hij heeft altijd tot me gesproken als tot een kind, dat moeilijke kindertijden moest doormaken. Dat klinkt gek, want niemand anders dan vader heeft me steeds veel vertrouwen geschonken en niemand anders dan vader heeft me het gevoel gegeven, dat ik verstandig ben.”
Laatste woorden en overlijden
De laatste maanden voor het verraad schrijft ze over de hoop dat er snel een eind aan de oorlog komt. De onderduikers volgen de gebeurtenissen van de oorlog op de voet. Op 1 augustus 1944 echter schrijft Anne voor het laatst. Ze eindigt deze bijdrage met de woorden: “(…) als er zo op me gelet wordt, word ik eerst snibbig, dan verdrietig en ten slotte draai ik mijn hart weer om, draai het slechte naar buiten, het goede naar binnen en zoek aldoor naar een middel om te worden, zoals ik zo erg graag zou willen zijn en zoals ik zou kunnen zijn, als … er geen andere mensen in de wereld zouden wonen. Je Anne.”
Op 4 augustus 1944 worden de onderduikers ontdekt en samen met 2 helpers gevangengezet. Via Kamp Westerbork belandt de familie Frank in Auschwitz. Anne, Margot en hun moeder gaan naar een werkkamp voor vrouwen, vader Otto belandt in een mannenkamp. In november 1944 gaan Anne en Margot weer op transport, dit keer naar Bergen-Belsen. Daar krijgen ze allebei vlektyfus. In februari 1945 overlijdt Margot en kort daarna Anne. Ook de familie Van Pels en Fritz Pfeffer komen te overlijden. Alleen Otto Frank overleeft de oorlog.
Het Achterhuis verschijnt
Miep Gies en Bep Voskuijl, 2 helpers van de onderduikers, ontdekken na de arrestatie het dagboek, de schriften en papieren van Anne. Na de oorlog geeft Miep Gies die aan Otto. Hij besluit de wens van zijn dochter om schrijfster te worden in vervulling te laten gaan door Het Achterhuis uit te geven. Op 25 juni 1947 verschijnt Het Achterhuis.
Het boek wordt een bestseller en is in meer dan 70 talen vertaald. Het is meerdere malen verfilmd en er zijn toneelstukken van gemaakt. In 1960 wordt het Achterhuis een museum: het Anne Frankhuis. Via de website van de Anne Frank stichting kunt u er een kijkje nemen. Otto Frank blijft tot zijn dood in 1980 nauw betrokken bij de Anne Frank Stichting en het museum. Sinds 2009 staat Het Achterhuis op de Werelderfgoedlijst voor documenten van UNESCO.
Annes verhaal spreekt nog steeds tot de verbeelding, zowel bij jong als oud. Het Achterhuis is één van de meest gelezen boeken ter wereld. De vraag blijft wat voor verhalen ze als journaliste zou hebben geschreven en hoe zij zich als schrijfster zou hebben ontwikkeld. We zullen het nooit weten.
(Bron: Anne Frank-Het Achterhuis, Annefrank.org, Beleven.org, Wikipedia. Foto’s: Nationaal archief, ANP, Shutterstock)