De strip Asterix is 65 jaar
Publicatiedatum: 29 oktober 2024
Op 29 oktober 1959, in 2024 65 jaar geleden, verschijnt voor het eerst in het Franse striptijdschrift Pilote de strip Asterix. Asterix, of Asterix de Galliër, is in de loop der tijd uitgegroeid tot een strip die wereldwijd geliefd is. De strip is zowel populair onder kinderen als onder volwassenen, met humoristische verhalen, woordspelingen en veel toespelingen op zowel de Gallische als de Romeinse cultuur, evenals historische en culturele gebeurtenissen.
Asterix is vertaald in meer dan 100 talen en er zijn bijna 400 miljoen albums van verkocht. Naast het Nederlands, zijn de strips ook vertaald in het West-Fries, in het Limburgs en in het Twents. Van de strip zijn 10 animatiefilms gemaakt, 1 serie en 5 speelfilms. Er bestaat zelfs een pretpark over de dappere Galliër, Parc Asterix genaamd, vlakbij Parijs.
Strip over Franse cultuur en geschiedenis
Asterix is bedacht door de Franse schrijver en scenarist René Goscinny en de Franse tekenaar en stripscenarist Albert Uderzo. In 1959 staan ze aan de wieg van het dan opgerichte Franse striptijdschrift Pilote. Ze bedenken een strip waarin de Franse cultuur en geschiedenis op humoristische wijze wordt belicht. Goscinny hierover: “Op een middag zaten we bij Uderzo en waren we op zoek naar een grappig en origineel idee. Uderzo en ik waren het er al snel over eens dat de Galliërs het onderwerp van ons verhaal moesten zijn.”
“De Galliërs waren in Frankrijk merkwaardig genoeg een beetje op de achtergrond geraakt. Ze leken ons een onderwerp met enorme mogelijkheden. Uitgaande van Vercingetorix, de naam die we ons herinnerden van de eerste geschiedenislessen uit onze kindertijd, doopten we onze personages onmiddellijk: Asterix, Obelix, Panoramix, plus al die andere ‘ix-en’. De namen van onze Romeinen moesten allemaal op ‘us’ eindigen. De namen van de legerplaatsen zouden eindigen op ‘um’.”
Eerste aflevering Asterix in Pilote
Albert Uderzo is overigens geboren met 12 vingers in plaats van 10. Hij is daar aan geopereerd. Uderzo hierover: “Dat kan monsterachtig lijken, maar uiteindelijk hebben de personages van Walt Disney er maar 8 en dat schokt niemand. Met enige overdrijving was er dus een toenadering tot het beroep dat ik later zou uitoefenen.” Ook is hij deels kleurenblind: hij kan primaire kleuren wel onderscheiden, maar geen melanges. Op 29 oktober 1959 verschijnt de eerste aflevering in Pilote. Het succes van de eerste verhalen is zo groot, dat de episodes die in Pilote zijn verschenen, in 1961 worden uitgegeven in de vorm van stripalbums. In datzelfde jaar komt Asterix en de Gothen uit, dat zich afspeelt buiten Gallië. In de jaren daarop bezoeken Asterix en Obelix Engeland, Spanje, België, Italië en meerdere landen. In 1975 doet het Gallische tweetal zelfs Amerika aan in De Grote Oversteek.
Kustdorpje geïnspireerd op Erquy in Armorica
Elk verhaal begint met de introductie dat niet heel Gallië door de Romeinen is veroverd en dat een klein dorpje dapper stand blijft houden tegen de Romeinen. De serie volgt de avonturen van een dorp Galliërs terwijl ze zich verzetten tegen de Romeinse bezetting in 50 voor Christus. Dat doen ze met behulp van een toverdrank, gebrouwen door hun druïde Panoramix. Ieder die de drank inneemt, krijgt bovenmenselijke krachten. De hoofdrolspelers, het titelpersonage Asterix en zijn vriend Obelix, beleven verschillende avonturen. Abraracourcix, ook wel Heroïx genoemd, is het dorpshoofd.
Het dorpje komt echter in geen geschiedenisboek voor. Het is gesitueerd in het noordwesten van Frankrijk. Het niet-veroverde kustdorpje is geïnspireerd op Erquy in Armorica, het huidige Bretagne, een provincie van Gallië, het huidige Frankrijk. In een interview verklaart Uderzo dat hij onderbewust deze plaats als voorbeeld heeft genomen, waar hij en zijn broer in 1942 zijn geweest. Ook al is het dorpje van Asterix ontsproten aan zijn verbeelding, er zijn overeenkomsten met Erquy. Zo zijn er, net als in het dorpje van Asterix, steengroeven. In de strip is dat de plek waar Obelix zijn menhirs vervaardigt. Er zijn dus overeenkomsten met de gebruiken in de Romeinse tijd, maar in de geschiedenis van Erquy is geen sprake van verzet tegen de Romeinen.
Hoofdrolspelers Asterix en Obelix
Asterix is de held van het verhaal. Hij is klein, slim en gaat geen avontuur uit de weg. Vanwege de toverdrank van druïde Panoramix heeft hij bovenmenselijke krachten. De vleugels op zijn helm bewegen al naar gelang zijn gemoedstoestand. De naam van Asterix komt van het Franse woord ‘astérisque’, wat “sterretje” betekent. Obelix is de grote vriend van Asterix. Ze gaan altijd samen op avontuur. Obelix is menhirbouwer van beroep. Zijn naam is afgeleid van het woord obelisk. Hij is een groot liefhebber van het eten van everzwijnen. Ook spaart hij helmen van door hem in elkaar geslagen Romeinen. Als kind is hij per ongeluk in de ketel met toverdrank gevallen, waardoor hij zeer sterk is en geen toverdrank meer nodig heeft. Zij beroemde uitspraak luidt: “Rare jongens, die Romeinen.” Asterix en Obelix worden tijdens hun avonturen begeleid door de hond Idéfix.
Uderzo’s eerste schetsen portretteren Asterix als een enorme en sterke traditionele Gallische krijger. Maar Goscinny heeft een ander beeld in zijn hoofd en visualiseert Asterix als een sluwe, kleine krijger, die meer intelligentie en humor bezit dan brute kracht. Uderzo vindt echter dat de kleine held een sterke metgezel nodig heeft, waarmee Goscinny instemt. Zo is Obelix geboren.
Meestal eindigt het verhaal met een groot banket waar alle bewoners, op één na, aan deelnemen. De uitzondering is de bard Assurancetourix (hetgeen allriskverzekering betekent) die in latere verhalen Kakafonix wordt genoemd. Hij wordt gekneveld om te voorkomen dat hij gaat zingen. Het banket wordt onder de sterrenhemel gehouden en op het menu staan everzwijnen.
Woordspelingen
De humor in de Asterix-strips draait vaak om woordspelingen, karikaturen en ironische stereotypen van hedendaagse Europese naties en Franse regio’s. Veel van de humor in de stripreeks is specifiek voor het Frans, waardoor het moeilijk te vertalen is. Goscinny heeft in een interview eens gezegd dat hij zelfs medelijden heeft met de vertalers die vaak met de handen in het haar de woordspelingen moeten vertalen. Goscinny over de woordspelingen: “Ik denk dat onze lezers intelligent zijn. Heel wat mensen vertellen me dat ze onze albums meermaals lezen en zich amuseren met het zoeken naar de verborgen grapjes. Ze pluizen echt alle vakjes uit. Dat is heel bemoedigend voor ons en het stimuleert ons om telkens nog een stapje verder te gaan.”
De meeste van de grappen, en dus de namen van de personages, zijn specifiek voor de vertaling. De druïde Panoramix heet bijvoorbeeld in het Duits Miraculix en in het Engels Getafix. Dit betekent vrij vertaald ‘neem een dosis’ (get a fix), een verwijzing naar het uitdelen van de toverdrank door de druïde. Idéfix, van idée fixe hetgeen vast idee of obsessie betekent, wordt in het Engels Dogmatix, dogmatisch, genoemd.
De Romeinse afkorting SPQR, wat staat voor Senatus Populusque Romanus, de Senaat en het Volk van Rome, de officiële naam van het Romeinse Rijk, komt vaak voor in de avonturen van Asterix. De Italiaanse vertaler, Marcello Marchesi, heeft een humoristische draai aan deze afkoring gegeven, namelijk “Sono Pazzi Questi Romani”, hetgeen “Ze zijn gek, deze Romeinen” betekent. Marchesi heeft de verwijzing naar SPQR zelf bedacht, want zowel in de Franse vertaling, “Ils sont fous, ces Romains”, als in de Nederlandse vertaling, “Rare jongens, die Romeinen”, zit die verwijzing niet. Die kreet van Obelix in het Nederlands is bedacht door de vertaalster Myriam Gianotten.
Stereotypen door de ogen van de Fransen
Veel van de avonturen van Asterix spelen zich af buiten Gallië. In elk buitenlands avontuur voldoen de personages aan meestal hedendaagse stereotypen voor elk land, zoals gezien door de ogen van de Fransen. Zo zijn de Goten, Duitsers, gedisciplineerd en militaristisch. Ze zijn verdeeld, waardoor ze met elkaar vechten, hetgeen een referentie is aan het Duitsland voor Otto Bismarck en de verdeling van Duitsland na de Tweede Wereldoorlog. Ook dragen ze Duitse helmen. De Zwitsers eten kaasfondue en zijn geobsedeerd door schoonmaken, accurate tijdwaarnemingen en bankieren. En de Britten zijn allemaal onverstoorbaar en spreken aristocratisch Engels. Ze drinken elke dag thee en warm bier en eten smakeloos voedsel. De Belgen spreken met een grappig accent en kijken neer op de Galliërs.
Als de Galliërs met buitenlanders spreken, wordt die taal op verschillende manieren weergegeven in de tekstballonnen. Zo spreken de Goten in het gotisch schrift en worden in het Spaans de uitroeptekens en vraagtekens in de tekstballonnen omgedraaid. De Vikingen spreken met een “Ø” en een “Å” in plaats van “O” en “A”. De Egyptenaren spreken in hiërogliefen. Zo komt in Het 1e legioen de Egyptenaar Tennis voor. Als hij zich voorstelt als Tennis, verschijnt in de tekstballon een tennisveld.
Geen geschiedenisboek
Er staan veel historische onjuistheden in Asterix. De strip is echter humoristisch bedoeld en is dus geen geschiedenisboek. Zo stemt de kleding van de soldaten niet overeen met de uitrusting van Romeinse soldaten uit die periode. Ook de helm van Asterix is een verzinsel. Asterix speelt zich af rond het jaar 50 voor Christus. Het Colosseum in Rome komt voor in de strip, terwijl dat gebouw pas in het jaar 80 na Christus is voltooid.
In 1977 overlijdt René Goscinny op 51-jarige leeftijd. Albert Uderzo wordt daarna naast illustrator ook schrijver van de strip, hoewel de naam van Goscinny op de omslag van alle volgende albums van Asterix blijft prijken. Uderzo draagt in 2013 de serie over aan schrijver Jean-Yves Ferri en tekenaar Didier Conrad. Vanaf 2023 neemt schrijver Fabcaro, Fabrice Caro, het stokje over van Jean-Yves Ferri. Albert Uderzo overlijdt in 2020 op 92-jarige leeftijd.
(Bron: Asterix-Obelix.nl, Stripinfo.be, Asterix.com.nl, Metrotime.be, Europecomics.com, Asterix40.com, Britannica.com, Groene.nl, NOS.nl, Parliamoitaliano.nl, VPROgids.nl, DBNL.org, Wikipedia. Foto’s: )