100 jaar 24 uur van Le Mans, de spannendste 24 uur in de autosport
Publicatiedatum: 10 juni 2023
De 24 uur van Le Mans bestaat in 2023 100 jaar. Op 26 en 27 mei 1923 is deze prestigieuze race in de autosport voor het eerst gehouden. De racewagens leggen tegenwoordig soms wel meer dan 5.000 kilometer af in 1 etmaal, waardoor Le Mans een ware slijtageslag is voor mens en machine. Grote automerken introduceren in deze race de nieuwste technologische snufjes op het gebied van autotechniek. Aangespoord door de wens sneller te zijn dan hun rivalen. In die 100 jaar is een rijke geschiedenis ontstaan vol met innovaties, schitterende verhalen en catastrofale ongelukken.
Het Circuit de la Sarthe is gelegen in het departement Sarthe. Het heeft zijn naam te danken aan het departement en de rivier die door Le Mans stroomt. De racebaan is een semipermanent circuit en is tegenwoordig 13.6 kilometer lang. Het is één van de langste circuits in de wereld. Le Mans is een legendarische stad geworden, mede door het feit dat daar de 1e grand prix is gehouden. De plaats is in 1906 het decor van een race over 12 ronden over de openbare weg rond de stad. Er gaan 34 auto’s van start en de winnaar is de Hongaar Ferenc Szisz in een Renault.
In 1922 komt de secretaris-generaal van de Automobile Club de L’Ouest, Georges Durand, met het voorstel om een race te organiseren van maar liefst 24 uur. Het idee erachter is dat fabrikanten het potentieel van hun auto’s kunnen tonen aan klanten. Racewagens die tijdens de 24 uur van Le Mans worden ingezet, zijn niet alleen snel, maar moeten ook betrouwbaar zijn. De opzet is niet om de snelste rondetijd neer te zetten, maar om zoveel mogelijk kilometers af te leggen in 24 uur.
Bentley Boys
Op 26 en 27 mei 1923 wordt de 1e 24 uur van Le Mans gereden. Er staan 33 auto’s aan de start van 20 verschillende fabrikanten. De meeste auto’s zijn vervaardigd in Frankrijk, een paar Excelciors komen uit België en 1 Bentley uit Groot-Brittannië. Slechts 3 auto’s halen de finish niet. De race, die grotendeels wordt gereden in de regen, wordt bepaald door 2 Chenard-Walckers en de Bentley. Die Bentley moet de garage in vanwege een kapot licht en een gat in de benzinetank, waardoor de Chenard-Walcker van René Léonard en André Lagache uit Frankrijk als 1e over de finish gaat.
De races in de 1e jaren van Le Mans worden gedomineerd door Franse, Britse en Italiaanse coureurs, met teams en racewagens van merken als Bugatti, Bentley en Alfa Romeo. In 1924 wint Bentley de 1e van zijn 6 overwinningen op Le Mans. In 1925 en 1926 wint een Lorraine-Dietrich de lange afstandsrace, maar daarna wint het Britse merk 4 maal achtereenvolgens Le Mans. Het zijn de jaren van de zogenaamde Bentley Boys, rijke Britten, van wie sommigen gevechtspiloot zijn geweest tijdens de Eerste Wereldoorlog, die spanning zoeken in racen. Bentley wint voor de 6e maal Le Mans in 2003, nadat het merk in 1998 is overgenomen door Volkswagen.
1e overwinning Ferrari en grootste ongeluk in de autosport
In de jaren 30 komen merken als Alfa Romeo en Bugatti met gestroomlijnde modellen. Hiermee kunnen ze op hogere snelheden over het rechte stuk van bijna 6 kilometer lang racen, Mulsanne genoemd. De beide merken domineren de race in die jaren. Na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog ligt de race 10 jaar stil. Tijdens de oorlog is het circuit in gebruik als vliegveld en is het meerdere malen gebombardeerd.
Na de reconstructie van het circuit, kan het racen op Le Mans worden hervat in 1949. In dat jaar wint Ferrari voor het eerst de 24 uur van Le Mans met Luigi Chinetti en Peter Mitchell-Thompson aan het stuur. Le Mans verandert meer en meer van een lange afstandsrace, waarin betrouwbaarheid van de auto’s wordt getest, naar een volwaardig sportevenement met felle concurrentiestrijd. Vanaf 1953 brengen Ferrari, Aston Martin, Mercedes-Benz, Jaguar en andere merken meerdere auto’s aan de start, om tegen hun rivalen te strijden voor de winst. Deze strijd heeft soms desastreuze gevolgen.
In 1955 vindt op Le Mans het grootste ongeluk uit de geschiedenis van de autosport plaats. Een Austin Healey wijkt uit voor een Jaguar en ziet daarmee de aanstormende Mercedes 300 SLR van de Fransman Pierre Levegh over het hoofd. Levegh katapulteert zich over de Austin Healey. De Mercedes vliegt het publiek in, de brandstoftanks scheuren en vatten vlam. 82 mensen, onder wie Levegh, vinden de dood. Mercedes besluit de autosport de rug toe te keren en pas 30 jaar later weer aan de start te verschijnen. Dit ongeluk zorgt ervoor dat het circuit wordt aangepast. De veiligheid op het circuit is verbeterd, maar de auto’s gaan steeds sneller.
Ford v Ferrari
Rond 1960 vestigt Ferrari zich als de beste sportwagenconstructeur van Europa en misschien wel van de wereld. De rode bolides winnen Le Mans 6 maal achtereenvolgend, van 1960 tot en met 1965. In 1963 rijdt een Ferrari met een topsnelheid van 300 kilometer per uur op Le Mans, de 1e racewagen die deze snelheid op het circuit haalt.
Begin jaren 60 groeit de populariteit van de concurrenten van Ford in de Verenigde Staten, GM en Chrysler. De Amerikaanse jeugd vindt Ford niet ‘cool’. Om hier iets aan te doen, wil Henry Ford II het merk aantrekkelijker maken. Ford besluit daarom Ferrari te kopen. In 1963 is de overeenkomst bijna gesloten, als Enzo Ferrari de onderhandelingen afbreekt en zich zeer laatdunkend uit over Henry Ford II en over de auto’s van Ford die hij als lelijk betitelt. Ferrari verkoopt een deel van zijn bedrijf aan FIAT, waardoor Ford ervan overtuigd raakt dat de onderhandelingen alleen zijn bedoeld om een goede deal met FIAT te sluiten. Henry Ford II voelt zich vernederd en wil Ferrari verslaan op het circuit en dan met name op Le Mans. Ford begint met het ontwikkelen van de later legendarisch geworden Ford GT40 en trekt daar zo’n 10 miljoen dollar voor uit.
Het gevolg is een ware titanenstrijd tussen de 2 merken. Nadat de Ford GT40 in 1964 en 1965 heeft verloren van Ferrari op Le Mans, schakelt Ford de hulp in van de Amerikaanse autoconstructeur en winnaar als coureur van Le Mans, Carrol Shelby. Dit resulteert in 4 overwinningen op rij voor de GT40, van 1966 tot en met 1969. Ferrari wint daarna nooit meer de hoogste klasse van de 24 uur van Le Mans. De nederlagen die het Italiaanse sportmerk tegen Ford oploopt, zijn wellicht de reden voor Ferrari om de handdoek in de ring te gooien. 50 jaar na de laatste deelname aan de hoogste klasse van Le Mans keert het legendarische merk met het steigerende paard in 2023 weer terug in die hoogste klasse. Van de strijd tussen de 2 merken is een film gemaakt die in 2019 is uit gekomen, getiteld Ford v Ferrari met Matt Damon en Christian Bale in de hoofdrollen.
Jonkheer Gijs van Lennep en Jan Lammers winnen Le Mans
In de jaren 70 worden de racewagens steeds sneller. De typische Le Mans-start, waarbij coureurs wachten op het startsein, waarna ze naar de auto’s sprinten en wegrijden, wordt vervangen door een rollende start. Productieauto’s gaan strijden in lagere klassen, terwijl prototypes in de hoogste klasse de norm worden. De Porsche 917, 935 en 936 winnen 5 maal de hoogste klasse in die jaren. Jonkheer Gijs van Lennep is de 1e Nederlander die de hoogste klasse op zijn naam zet. In 1971 wint hij voor Porsche samen met dr. Helmut Marko, één van de latere bazen van Max Verstappen, de 24 uur van Le Mans.
Gijs Van Lennep en Helmut MarkoIn 1976 wint Van Lennep wederom voor Porsche, ditmaal met de Belg Jackie Ickx. Ook Renault en Matra-Simca weten de race te winnen. Het is voor het eerst sinds de jaren 50 dat het Franse volkslied weer op Le Mans klinkt. In 1971 verschijnt de film Le Mans met Steve McQueen in de hoofdrol. Het stuntwerk voor de film wordt gedaan door de Nederlander Rob Slotemaker.
In 1982 wordt de Group C-klasse geïntroduceerd, een klasse waarin de nadruk wordt gelegd op brandstofefficiëntie. In zekere zin markeert dit de terugkeer naar de oorspronkelijke opzet van Le Mans, namelijk als kraamkamer voor innovatie. De bolides worden ranker en lichter. Het decennium wordt wederom gedomineerd door Porsche. Maar liefst 7 maal op rij weet het Duitse sportmerk de hoogste klasse op zijn naam te schrijven. In 1988 kan dat de 8e achtereenvolgende overwinning worden.
Maar de Nederlander Jan Lammers gooit samen met Johnny Dumfries en Andy Wallace roet in het Duitse eten, want zij winnen op spectaculaire wijze de race. De laatste uren van de race rijdt Lammers met maar 1 versnelling. Hij wil niets over de radio zeggen, om de aanstormende Porsches niet in te seinen over zijn problemen. Lammers zit 13 uur van de 24 uur achter het stuur als hij, met alleen de 4e versnelling nog in tact, over de finish rijdt. Mercedes-Benz keert terug op Le Mans na 30 jaar afwezig te zijn geweest na het vreselijke ongeluk in 1955. Het Duitse merk wint Le Mans in 1989.
Snelheidsrecord Peugeot: 407 kilometer per uur
Op Mulsanne zet Peugeot in 1988 een record neer, dat wellicht niet meer zal worden verbroken. De racewagen, bestuurd door de Fransman Roger Dorchy, gaat met een snelheid van 407 kilometer per uur over het rechte stuk. In 1990 krijgt Mulsanne 2 chicanes om de snelheid te minderen. Toch halen de auto’s tegenwoordig op de rechte stukken snelheden van ver boven de 300 kilometer per uur.
Mazda is de 1e Japanse autobouwer, die in 1991 Le Mans wint. De Mazda is uitgerust met een wankelmotor, een verbrandingsmotor, die niet met cilinders en zuigers werkt, maar met een driehoekig gevormde rotor, die in een trommel zit. In 1992 en 1993 domineert Peugeot de race. Porsche wint 4 maal de race in de jaren 90. Een opvallende winnaar is de McLaren F1 GTR in 1995. In de stromende regen weet de sportwagen de snellere, speciaal gebouwde prototypes achter zich te houden.
Na 1999 stoppen veel autofabrikanten met racen op Le Mans in de hoogste klasse, vanwege de hoge kosten. In de 1e jaren na 2000 zijn alleen Audi en Cadillac over. Nadat Cadillac na 3 deelnames het voor gezien houdt, proberen merken als Panoz, Chrysler en MG Audi nog tevergeefs van de troon te stoten. Van het jaar 2000 tot en met 2008 domineert Audi Le Mans met 7 overwinningen. Het is voor het eerst op Le Mans, in 2006, dat een bolide met een dieselmotor de hoogste klasse wint. In 2003 wint zoals gezegd Bentley de race, nadat het merk is overgenomen door Volkswagen, dat tevens eigenaar is van Audi. Die Bentley lijkt dan ook verdacht veel op de Audi die de voorgaande jaren van Le Mans heeft gewonnen. De bolides van Audi winnen van 2010 tot en met 2014 de race. In 2012 wint een hybrideauto van Audi, met zowel een verbrandingsmotor als een elektromotor, voor het eerst Le Mans.
LMP1 wordt Hypercarklasse
Porsche keert in 2014 terug in de hoogste klasse en wint de race in 2015, 2016 en 2017 met de hybride 919. Met 19 overwinningen in de hoogste klasse is Porsche het meest succesvolle merk op Le Mans. Toyota wint Le Mans voor het eerst in 2018, om datzelfde te doen in 2019, 2020, 2021 en 2022. De laatste jaren staan er maar weinig bolides aan de start in de hoogste klasse van Le Mans, de LMP1. De kosten rijzen de pan uit en de auto’s zijn te complex geworden. Na 2012 gaat het jaarlijkse budget voor LMP1-wagens richting de 200 miljoen euro.
Nadat Audi en Porsche zich hebben teruggetrokken, wordt voor 2021 een nieuwe klasse bedacht, de Hypercarklasse. Het budget van die auto’s wordt teruggebracht naar ongeveer 30 miljoen euro per seizoen, waarvan Le Mans deel uitmaakt. Er is meer vrijheid op het gebied van aerodynamica, teams mogen zelf beslissen of ze gebruik maken van hybrideaandrijving of niet en de auto’s worden zwaarder en groter. Rijden de oude LMP1-auto’s rond met ongeveer 1.000 pk aan boord, de nieuwe Hypercars doen dat met ongeveer 700 pk.
Op 10 en 11 juni 2023 wordt de 91e 24 uur van Le Mans gehouden. Dit jaar staan meerdere grote merken in de hypercarklasse aan de start, zoals Ferrari, Porsche, Toyota en Cadillac. Ook in de lagere klassen als de LMP2 en de sportwagens zal weer hard worden gestreden om de eeuwige roem.
(Bron: 24h-lemans.com, Forbes.com, Technik-museum.de, Motorsporttickets.com, Automotivehistory.org, Matfoundrygroup.com, Motorsport.com, Hiconsumption.com, Lemansclassic.com, Allthatsinteresting.com, Wikipedia. Foto’s: ANP, hoofdfoto:
)