Voorzichtig herstel Nederlandse natuur
Publicatiedatum: 11 november 2015
Een voorzichtig maar kwetsbaar herstel van de natuur in Nederland. Zo noemt het Wereld Natuur Fonds de status van ons buitenleven. In het nieuwe Living Planet Rapport wordt bekeken hoe de Nederlandse natuur ervoor staat.
Nijpend
In het grootste gebied in Nederland, het agrarische landschap, noemt het WNF de situatie nijpend. Door intensivering en schaalvergroting in de landbouw zijn gebieden verdroogd en groene elementen verdwenen. Ook is de populatie dieren daar gedaald met 40%. Vooral dagvlinders en weidevogels als de grutto, tureluur en schoolekster hebben het moeilijk.
Weinig groen op straat
Door de vermesting en verzuring is er ook een sterke achteruitgang in open natuurgebieden. Heidevelden en duinen groeien dicht met grassen en struiken. Dieren die afhankelijk zijn van open natuurgebieden sterven uit. Ook in steden en dorpen constateert het WNF geen positieve ontwikkeling. Door de dichtere bebouwing verdwijnen planten en struiken uit tuinen en plantsoenen. Vlinders, spreeuwen en huismussen laten zich hierdoor nog maar weinig zien in het straatbeeld.
Goed nieuws
Het positieve geluid komt uit het bos en het zoetwaterleven. Er worden nieuwe bossen aangelegd en de bestaande bebossing wordt ouder. Hierdoor zien we meer roofvogels zoals haviken en buizerds. Maar ook het zoetwaterleven doet het goed dankzij herstel in drassige gebieden en afname van vervuiling. De otter, bittervoorn en purperreiger profiteren van schoner water en ook de libellen laten zich meer zien. Tot slot is de vispopulatie met een kwart toegenomen door betere regulering van de visserij. De kans om zeehonden te spotten is ook groter geworden dankzij betere bescherming.