Nederland een na laatste op gebied van duurzaamheid
Publicatiedatum: 31 maart 2016
Nederland staat van alle Europese landen een na laatste op de ranglijst van de EU voor Hernieuwde Energie voor 2020. Alleen Frankrijk doet het slechter, zo meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Energie uit hernieuwbare bronnen
In 2009 zijn er bindende afspraken gemaakt met alle Europese lidstaten over het gebruik van hernieuwde energie zoals wind, waterkracht, zon en biomassa. Nederland is echter nog ver verwijderd van de doelstellingen die zijn afgesproken. Nederland heeft zichzelf als doel gesteld dat in 2020 14 procent van de gebruikte energie afkomstig is van de de hernieuwbare bronnen. In 2014 lag dat percentage slechts op 5.5 procent, wat betekent dat ons land nog 8.5 procent is verwijderd van de EU-doelstelling.
Weinig steun
Een oorzaak is volgens het CBS dat er in Nederland relatief weinig hout wordt gestookt. Dat wordt onder biomassa gerekend. Daarnaast kan er door de ligging van Nederland nauwelijks energie uit waterkracht worden opgewekt. Ook is er vanuit de overheid in vergelijking met landen als Duitsland en Denemarken in Nederland minder steun voor hernieuwbare energiebronnen.
Het kan slechter
Binnen Europa staat alleen Frankrijk verder af van hun landelijke doelstelling, zij moeten nog 8.7 procentpunt. Van de resterende Europese landen heeft een derde de afgesproken doelstellingen nu al gehaald. Een aantal landen zoals Denemarken en Oostenrijk zijn met nog 1 procentpunt te gaan bijna bij het einddoel. Gemiddeld genomen zitten de Europese landen zo’n 4 procentpunt van het doel in de richtlijn af.