Het weer: fraai om te zien

We hebben nu een lange periode achter ons met fraai weer. Eerst nog nachten met matige vorst en aan de grond heeft het op plaatsen zelfs streng gevroren met ruim –11 graden. Dit alles kan in het voorjaar en vooral in het vroege voorjaar. Ik heb al eerder aangegeven dat een wisseling tussen een koude noordelijke stroming en een warme zuidelijke stroming in deze tijd van het jaar snel kan plaatsvinden. En als die zuidelijke stroming dan ook doorbreekt, is het ook in deze tijd van jaar van de ene op de andere dag bijna of helemaal zomer.

Het voordeel van het weer van de afgelopen tijd met veel zon is het kunnen zien van de ontluikende natuur. Ook al zitten we veel of helemaal binnen, het is fraai om te zien. Die natuur wordt natuurlijk flink geholpen door hoge temperaturen. De vraag is hoe het verder gaat. Ik verwacht van april ook nog een wat wisselend weerbeeld, met dan weer een koudere periode en dan weer een warmere periode. Het overwegend stabiele weer van de afgelopen tijd kan over het algemeen de komende tijd weleens bepalend blijven. Als een dergelijke trend er eenmaal inzit, wil deze het nog weleens volhouden.

Dit jaar past deze weerspreuk ‘April doet wat hij wil’ ook. Deze spreuk wordt vaak in verband gebracht met een wisselend weertype en kans op winterse buien en koud, guur weer. Maar laat ik het positiever vertalen. April kan ook voor een lange periode met mooi weer gaan zorgen. En die periode lijkt nu meer kans te krijgen. De kans op koude nachten blijft wel.

Bron: MAX Magazine – Editie nr. 15-16 2020