Wel of niet een tweede kat en hoe kunt u die dan het best introduceren?
Publicatiedatum: 17 november 2024
Overweegt u een tweede kat? Daar komt best wel wat bij kijken. Zo moet uw huidige kat daar geschikt voor zijn. Ook is het belangrijk dat u uw nieuwe huisdier op de juiste manier introduceert. We vertellen waar u rekening mee moet houden.
Past de tweede kat bij uw eerste kat?
Het is niet vanzelfsprekend dat een kat die langere tijd alleen geweest is, staat te springen om een soortgenoot. Is uw dier erg op zichzelf, kan hij slecht tegen drukte of is hij al wat ouder, dan kan een kennismaking met een nieuwe kat wat moeizamer verlopen. Niet elke nieuwe kat is dan geschikt en in sommige gevallen kan uw kat sowieso beter alleen blijven.
Een kitten is minder bedreigend voor een volwassen kat, maar kan de eerste tijd erg druk zijn. Daarom kunt u ook juist overwegen om voor een volwassen dier van ongeveer dezelfde leeftijd te kiezen, met een rustig karakter. Ook werkt het soms beter om voor een kat van een ander geslacht te gaan. Dan kan de kans op onderlinge strijd afnemen. Daarnaast kan het helpen wanneer de dieren gecastreerd zijn.
Wilt u het liefst een kitten en is uw kat al wat ouder, dan is het volgens de Dierenbescherming beter om dan voor 2 kittens te gaan. Dit zodat ze met elkaar kunnen spelen en de oudere kat minder lastigvallen. Er moet dan wel voldoende ruimte zijn, zodat de oudere kat zich eventueel terug kan trekken.
Hoe kan de tweede kat het beste geïntroduceerd worden?
Zet uw nieuwe kat niet zomaar bij uw oude kat. Het werkt beter om hem eerst enige tijd in een andere ruimte te zetten, met zijn eigen kattenbak, water en voerbakje. Op die manier merkt uw oude kat al wel dat hij in huis is en kunnen ze alvast aan de vreemde, nieuwe geurtjes wennen. Bijvoorbeeld door beide katten na elkaar te aaien. De nieuwe kat kan daarnaast alvast een beetje acclimatiseren, zodat hij zich in zijn nieuwe omgeving beter op zijn gemak voelt. Het Landelijk InformatieCentrum Gezelschapsdieren (LICG) adviseert deze situatie enkele dagen tot weken vol te houden. Wissel de dieren af en toe om, zonder dat ze bij elkaar kunnen, zodat ze de ruimtes van elkaar kunnen verkennen.
Is de nieuwe kat helemaal rustig, laat ze elkaar dan voor het eerst zien. Maar wel op een manier dat ze elkaar niet aan kunnen vallen. Maak bijvoorbeeld een schot met stevig gaas dat u voor de deur kunt zetten of zet de deur van de kamer van de nieuwe kat op een kier. Schrik niet wanneer ze gaan blazen en hun vacht opzetten. Probeer ze dan af te leiden met bijvoorbeeld een speeltje of kattensnoepje. Houdt het negatieve gedrag dan niet op, haal ze dan weer uit elkaar. Gaat het wel goed, houd het moment dan toch ook kort. En herhaal het nog een aantal keer voor u ze echt bij elkaar laat.
Een bench gebruiken
Een laagdrempelige manier om het nieuwe dier te introduceren, kan ook het gebruiken van een bench zijn. Laat de nieuwe kat hier eerst goed aan wennen, door hem in zijn kamer te zetten, met een slaap- en verstopplek erin. Doe ook af en toe de deur ervan dicht, zodat hij daar ook aan gewend is. En zet hem al enkele keren in zijn bench in de ruimtes waar uw andere kat normaal verblijft, zonder dat die zich daar op dat moment bevindt. Zet uw andere kat dan bijvoorbeeld even in de kamer van de nieuwe kat. Vervolgens kunt u de bench met de nieuwe kat in een kamer plaatsen waar uw oude kat juist wel is. Op die manier zien ze elkaar wel, maar kunnen ze niet meteen bij elkaar.
Leid af met voer
Dan is het tijd om de katten echt bij elkaar te laten. Voer kan hierbij als een goede afleiding werken, dus kies daarvoor de gewone voertijd uit, zodat ze trek hebben. Geef eerst uw oude huisdier zijn voer en haal de andere kat er dan bij, maar zet hun bakjes niet te dicht bij elkaar. Reageren ze nog niet positief op elkaar, houd ze dan weer apart tot de volgende maaltijd. Wanneer ze geen aanstalten meer maken om te vechten, kunt u ze bij elkaar laten en kunnen ze verder wennen aan de nieuwe situatie.
Wel of geen vrede?
Des te ouder uw eerste dier is, des te langer het kan duren voor hij aan de nieuwe situatie gewend is. Geef het niet te snel op, het kan weken duren voor de weerstand afneemt. Helaas lukt het in sommige gevallen helemaal niet. Zo lang ze elkaar alleen uit de weg gaan en verder dulden, is dat acceptabel. Dwing ze niet om bij elkaar in de buurt te blijven, maar respecteer het als ze afstand willen houden. Blijven ze elkaar de tent uit vechten, dan is het voor beide dieren niet fijn en kunt u het beste een ander huis zoeken voor de tweede kat. Komt hij uit het asiel, maak daar dan al afspraken over.
Toch kunnen katten u verrassen en elkaar na langere tijd toch nog ‘in de armen sluiten’. Dan kunt u ze bijvoorbeeld opeens samen zien slapen in hetzelfde mandje.
2 kattenbakken en meerdere voer- en drinkbakjes
Hoe graag elkaar de katten misschien ook gaan mogen, zorg er altijd voor dat er minstens 2 kattenbakken (en liever 3) in huis zijn, zodat ze die niet hoeven te delen. Ook hun drink- en voerbakjes kunt u wat verder gescheiden houden, wanneer u merkt dat ze liever niet te dicht bij elkaar in de buurt eten en drinken. Hetzelfde geldt voor slaapplekken. Zorg ervoor dat er meerdere fijne plekken zijn waar ze kunnen slapen, zodat ze kunnen kiezen of ze bij elkaar of apart gaan liggen.
(Bron: LICG, RTL Nieuws, Pets Place, Dierenbescherming, Linda. Foto’s: Shutterstock)