Rioolvliegjes of motmuggen in huis voorkomen en bestrijden

Wie in huis te maken krijgt met rioolvliegjes, doet er goed aan te achterhalen hoe dit komt. Ze leven namelijk van rottend dierlijk of plantaardig materiaal, bacteriën en schimmels. Niet iets wat u in of om uw huis wilt hebben. We bespreken in dit artikel eventuele oorzaken en hoe u rioolvliegjes kunt voorkomen en bestrijden.

Rioolvliegjes herkennen

Rioolvliegjes zien eruit als kleine motten (1 tot 5 mm groot) en worden ook wel latrinevliegjes of aalputmotjes genoemd. Ze zijn te herkennen aan hun behaarde vleugels, die ze in ruststand gespreid houden. Ook hierdoor doen ze wel aan een kleine vlindersoort denken, maar de kleine insectensoort behoort tot de (niet stekende) motmuggen. Niet te verwarren met de varenrouwmug, ook wel rouwvliegje genoemd. Ze zijn ’s avonds het meest actief, overdag blijven ze meestal stil zitten. Ze kunnen maar matig goed vliegen en overbruggen daar steeds hooguit 1 á 1,5 meter bij.

Waar komen ze voor?

Rioolvliegjes leggen hun eitjes graag op plekken met (rottend) afval en menselijke uitwerpselen. Ze houden daarnaast van warmte. Ze gedijen daarom goed in het riool en daaraan verbonden leidingen. Verstopte of ongebruikte afvoeren in huis vormen hierbij een risico, aangezien zich daar steeds meer vuilresten in ophopen. De motmuggen kunnen zich zo onder andere bevinden in toiletten, douches, badkuipen, lekkende leidingen van de centrale verwarming, wasbakken en het stilstaande water van kruipruimtes.

Lees ook: Fruitvliegjes bestrijden, zo komt u van ze af

Zijn rioolvliegjes schadelijk?

De rioolvliegjes zijn op zichzelf niet schadelijk, maar doordat zij zich met bacteriën en schimmels voeden kunnen zij deze ook verspreiden. Bijvoorbeeld als ze op uw voedsel of aanrecht belanden. Bij een plaag blijven de mugjes namelijk niet netjes op 1 plek, maar verspreiden zij zich door uw huis. U zult ze dan al snel overal op uw muren en ramen aantreffen. Op zoek naar voedingsbronnen kunnen zij ook kiezen voor bijvoorbeeld het water van uw afwas of uw tandenborstel. Door hun geringe grootte verplaatsen ze zich gemakkelijk door gaten, kieren of zelfs muggenhorren. De vrouwtjes leggen zo’n 100 eitjes per keer, dus hun aantal vermeerdert zich bovendien rap. De larven zijn in 1e instantie poot- een oogloos en zien eruit als kleine, witgrijze wormpjes. Hoe hoger de temperatuur, hoe sneller zij zich tot motmuggen ontwikkelen.

Hoe kunt u rioolvliegjes bestrijden?

Het belangrijkste is om eerst de oorzaak weg te nemen: de aanwezigheid van geschikte broedplaatsen in of om het huis. Verhelp daarom eventuele verstoppingen of ophopingen van voedselrijk water. Of laat dit doen. Vervolgens kunt u iets aan de rioolvliegjes zelf (laten) doen. Spoel broedplaatsen of verstopte leidingen door met heet water, waar u soda in oplost. Gebruik zo mogelijk een wc- of flessenborstel om al het vuil te verwijderen. Om nog rondvliegende mugjes kwijt te raken kunt u beter niet met de vliegenmepper in de weer gaan. Ze kunnen dan namelijk vlekken achter laten. U kunt ze wel met een speciale spray bestrijden of ze met de stofzuiger opzuigen. Leeg de zak of het compartiment erna dan wel. Als u een professionele ongediertebestrijder in de hand neemt, dan zal die de motmuggen over het algemeen met een insecticide uitroeien.

Lees ook: Rouwvliegjes bestrijden op kamerplanten: zo komt u er vanaf

Nieuwe broedplaatsen of uitbraken voorkomen

Om voortaan van de latrinevliegjes verschoond te blijven kunt u in en om uw huis verschillende voorzorgsmaatregelen nemen:

• Wees alert op lekkages of verstoppingen aan (riool)leidingen en verhelp dit direct of laat het door een vakman oplossen.
• Zorg dat afval zich niet kan ophopen of kan gaan rotten en voorkom plekken met stilstaand water.
• Spoel afvoeren en putjes regelmatig door.
• Leeg vuilcontainers tijdig en zorg dat ze goed afgesloten blijven.
• Houd dakgoten leeg en schoon.
• Lopen er open leidingen in uw huis? Plaats daar dan afdekdoppen op.
• Controleer uw kruipruimte minstens 1 keer per jaar op stilstaand water. Verwijder eventueel slib en stort er een laag schoon zand van zo’n 10 centimeter op.

(Bron: Kennis- en adviescentrum Dierplagen (KAD), Beestjes kwijt, Riool Koning, Plusonline)