Potloodplant: Euphorbia tirucalli

De potloodplant (Euphorbia tirucalli) is een succulent met een sterk vertakt uiterlijk en potloodachtige takjes. Soms zitten er minuscule blaadjes aan de toppen van de ‘potloden’, maar die vallen er later meestal weer af. In de vrije natuur kunnen deze planten behoorlijk groot uitgroeien. Als potplant loopt het zo’n vaart niet, aangezien ze redelijk langzaam groeien, maar uiteindelijk kunnen ze ook in huis een fors formaat krijgen.

Standplaats

Zet de potloodplant op een zonnig plekje in huis, want hij houdt van veel licht. Aangezien droge lucht goed verdragen wordt, is een plek in de buurt van de verwarming geen probleem. Hij gedijt goed bij kamertemperatuur, maar ’s winters kan hij prima overwinteren in de koelere vertrekken in huis. Zorg er in elk geval voor dat hij dan ook veel licht krijgt. Minder licht wordt langere tijd verdragen, maar op den duur zal uw plant erdoor verzwakken en minder mooi worden.

Water geven

De waterbehoefte van deze succulent is laag. Laat de grond tussen de gietbeurten steeds eerst weer opdrogen. Tijdens de winterperiode is er nog minder water nodig, omdat de plant dan in rust is. Tijdens de zomermaanden kunt u eens per maand voedsel voor cactussen en succulenten geven tijdens het gieten.

Giftig sap

Het witte sap van de potloodplant is giftig. Zorg ervoor dat het sap nooit in contact met uw ogen of huid komt en dat huisdieren en kleine kinderen niet bij de plant in de buurt kunnen komen.

Verpotten

De potloodplant heeft een grondmengsel nodig dat goed waterdoorlatend is. Als u gaat verpotten kunt u hiervoor grond voor cactussen en succulenten gebruiken.

Snoeien

In principe hoeft u de potloodplant niet te snoeien, maar u kunt lelijk of te groot geworden delen wel terug knippen. Pas hierbij op voor het giftige melksap.

Bloei

Er kunnen kleine, gele bloempjes aan de plant ontstaan.