Ongedierte op kamerplanten herkennen en bestrijden

Niet alleen in de tuin hebben planten last van ongedierte, ook in huis kunnen uw kamerplanten ermee te maken krijgen. We zetten een aantal veelvoorkomende plagen op een rij en hoe u er vanaf komt.

Veelvoorkomend ongedierte: bladluizen

Bladluizen kunnen groen, zwart, geel, roze, wit of paars zijn. Ze zuigen sappen uit de plantendelen, waarmee ze de plant verzwakken. Ze scheiden honingdauw uit, een plakkerig suikerlaagje, dat een voedingsbodem voor zwarte schimmel vormt.

Zijn er het er nog niet zoveel, dan kunt u ze met een (keuken)doek voorzichtig van de plant af vegen. Ook voldoet het meestal goed om de plant, mits die hanteerbaar is, af te spoelen onder de kraan. Doe dit met lauwwarm water, zodat de plant er niet onder te lijden heeft. U kunt de plant ook in bad of onder de douche afspoelen met een zachte straal. Dek wel de potgrond af, zodat de kluit niet doordrenkt raakt. Een andere mogelijkheid is het vullen van een plantenspuit met een mengsel van water en afwasmiddel en dit op de luizen te spuiten. Herhaal dit proces enkele keren om blijvend van de luizen af te komen. Gaat het om een hardnekkige plaag, dan kunt u ook een biologisch bestrijdingsmiddel gebruiken.

Wolluizen

Door het wollige goedje dat wolluizen uitscheiden, zien ze er wit en wollig uit. Ze zitten verspreid over het blad of bij de aanhechting van het blad aan de stengel. Ze maken plakkerige honingdauw aan en zorgen ervoor dat planten slecht kunnen groeien of misvormd raken.

Net als bij bladluizen kunt u wolluizen bestrijden door ze weg te spoelen met water. Ook effectief is het om een wattenstaafje of watje in alcohol of spiritus te dopen en daarmee de wolluizen aan te stippen. Of maak in een plantenspuit een mengsel van water en groene zeep en spuit de plant hiermee in.

Lees ook: Mozaïekvirus bij kamerplanten: dit is het en dit moet u er aan doen

Hardnekkig ongedierte: dopluizen

Dopluizen hebben een grijs of bruin schild en zijn ongeveer 4 mm groot. Ze scheiden veel honingdauw af en aangetaste planten groeien slecht en laten hun bladeren vallen.

Ze met water van het blad spoelen lukt niet in het geval van dopluizen. U heeft dus zwaarder geschut nodig. Tegen chemicaliën heeft dit ongedierte helaas door de jaren heen een resistentie opgebouwd. Wat u daarom beter kunt doen dan een bestrijdingsmiddel gebruiken is wat groene zeep mengen met spiritus en de dopluizen daar met behulp van een wattenstaafje of watje mee aanstippen. Herhaal dit zo nodig, tot de luizen verdrogen.

Schildluizen

Schildluizen zijn met 1 tot 3 mm grootte kleiner dan dopluizen, maar ze zijn ook voorzien van een (bruin) schild. Ze vormen wasachtige korsten op stengels en bladeren. De bladeren krijgen na aantasting gele, rode of bruine vlekken, raken misvormd of vallen af.

Net als dopluizen laten schildluizen zich lastig bestrijden. Er zijn wel goede chemische bestrijdingsmiddelen voor, maar die werken alleen als u echt alle aangetaste delen op de plant behandelt en het verschillende manieren herhaalt. Een milieuvriendelijke manier om van het ongedierte af te komen, is het gebruiken van olijfolie. Doop een wattenstaafje of watje in olijfolie en tip de schildluis ermee aan. Hierdoor worden de adembuizen afgesloten en stikken de luizen. Verwijdert u schildluizen met de hand, pas dan op dat u eventuele eitjes hier niet juist mee verspreidt.

Lees ook: Kamerplant met gele bladeren? Dit kan er aan de hand zijn

Spint(mijten)

Spintmijten zijn erg klein, maar duidelijk te herkennen aan het fijne spinsel dat zij onder bladeren spinnen. Het zijn rode, bruine of geelgroene beestjes van maximaal 0,5 mm groot. Bladeren krijgen bruine puntjes, worden geheel bruin en vallen af.

Spint is dol op warme, droge lucht. Regelmatig uw planten sproeien, vooral ook de onderkant van de bladeren werkt daarom preventief. Is uw plant aangetast, dan kan het helpen om zo mogelijk de takken of bladeren met spinsel te verwijderen. Besproei de plant vervolgens met de plantenspuit met een mengsel van water en groene zeep en een scheutje spiritus. Bij een hardnekkige aanval kunt u in het uiterste geval een bestrijdingsmiddel tegen spint gebruiken. In tegenstelling tot andere luizensoorten, heeft spint hier nog geen resistentie tegen opgebouwd, meldt 123planten.

Trips

Tripsen zijn slechts 1 mm groot, maar kunnen een hardnekkige plaag vormen op uw plant. Ze zijn lichtbruin, geel of zwart van kleur en leven meestal op de bovenkant van het blad. Ze zuigen daar plantensappen op en laten daarmee bleke plekjes achter. Hun larven zijn wit van kleur en leven meestal aan de onderkant van het blad en in de aarde van de plant. Bij aangetaste planten verdrogen de bladeren of krijgen ze vlekken. Tripsen dragen ook virussen bij zich, welke overgedragen kunnen worden aan planten. Dit kan dodelijk zijn voor een plant. Ze komen ook in de voedselindustrie voor en worden ook wel onweersbeestjes genoemd.

Tripsen laten zich niet zo makkelijk bestrijden. Begin ermee om de plant af te spoelen met water en ga de resterende tripsen vervolgens te lijf met een mengsel van water en groene zeep en spuit dat met een plantenspuit op de plant. Omdat er ook poppen in de grond kunnen zitten, zullen ze meestal terugkeren. Dus herhaal het proces meerdere keren. Blijven ze terugkomen, gebruik dan een biologisch middel tegen tripsen en spuit dit ook op de bovenkant van de aarde, om ze zo effectief mogelijk aan te pakken. Ook speciale plakstrips nemen een deel van het probleem weg en er zijn speciale aaltjes tegen dit ongedierte verkrijgbaar, zodat u ze effectief vanuit de bodem bestrijdt.

Rouwvliegjes

Rouwvliegjes (kleine, niet stekende muggensoort) komen het huis vaak binnen via een nieuwe plant of via verse potgrond, waar zich al eitjes of larven in bevinden. De vliegjes eten vooral dode plantenresten, dus die vormen geen gevaar voor uw planten. De larven vreten echter levende wortels aan. De plant kan hierdoor minder goed water en voedingstoffen opnemen en de wortels worden bevattelijker voor schimmels en bacteriën.

Natte aarde vormt een zeer aantrekkelijke omgeving voor de vrouwtjes om hun eieren te leggen. Geef uw planten daarom goed afgepast water, zodat de aarde de kans krijgt tussen de gietbeurten (licht) op te drogen. Bevinden zich al rouwvliegjes in huis, dan is het zaak die te bestrijden. Dat kan op verschillende manieren:

Larven bevinden zich vooral in de bovenste centimeters van de potgrond. Door die laag af te graven en te vervangen met nieuwe potgrond elimineert u het probleem vaak in 1 keer. Ook kunt u de bovenste laag bedekken met 1 centimeter zand. Daar kan de rouwvlieg namelijk geen eitjes in leggen. Door de pot enige tijd af te sluiten met huishoudfolie of een dichte laag grind krijgen de uitgekomen larven geen kans meer de potgrond te verlaten.

Een deel van de rouwvliegen kunt u kwijtraken door de bovenkant van de plantenpotten van plakband te voorzien. Of makkelijker: door speciale plakstrips aan te brengen. De vliegjes blijven zo vastplakken en kunnen geen eitjes meer leggen. Ook kaneel kan soms tegen het ongedierte helpen. Hiervoor kunt u wat van het poeder op de aarde strooien of er een extract mee maken. Als laatste een zeer effectieve vorm van bestrijden: met aaltjes. De zogenaamde nematoden werken zeer lokaal in de potgrond en doden de aanwezige larven effectief door ze te parasiteren. In een eerder artikel gaan we verder in op het bestrijden van rouwvliegjes.

Gezonde planten hebben minder last van ongedierte

Sterke en gezonde planten zijn beter beschermd tegen aanvallen van ongedierte. Door ze de juiste hoeveelheid licht, voeding en water te geven en ze op de meest geschikte standplaats te zetten, geeft u ze de beste kans. In ons kamerplantenoverzicht vindt u verzorgtips voor heel veel planten.

(Bron: Milieu centraal, 123planten, RTL Nieuws, Quest, archief)