Olifantspoot: Beaucarnea
Publicatiedatum: 30 april 2017
Een gemakkelijke kamerplant, die weinig water nodig heeft en ook nog eens een lust voor het oog is. De Olifantspoot (Beaucarnea) heeft zijn plek in de huiskamer de laatste jaren met gemak veroverd. Officieel is het een bloeiende plant, maar in de huiskamer komt hij eigenlijk nooit in bloei.
De poot van een olifant
Als klein plantje doet de olifantspoot zijn naam nog geen eer aan. Zijn stam heeft dan nog de ronde vormen en grootte van een golfballetje, met er bovenop een kuif van bladeren. Eenmaal ouder verdikt de stam zich steeds meer tot hij er overduidelijk begint uit te zien als de poot van een olifant. Ook ‘scheurt’ de bast dan wat, wat het er nog meer laat uitzien als de verweerde huid van een olifant. De rozet van bladeren groeit in verhouding met de groei mee. Er bestaan ook hele grote exemplaren met meerdere, vertakte stammen bij elkaar, maar die zijn wel flink duurder. Net als de palmlelie (Yucca elephantipes) komt de olifantspoot uit de plantenfamilie Asparagaceae en zij delen daarnaast hun gelijkenis met de poot van een olifant.
Standplaats
Van oorsprong komt de olifantspoot uit de droge gebieden van Mexico en omliggende landen, waar hij te maken heeft met sterk wisselende omstandigheden. Van extreem heet tot flink kouder en met van tijd tot tijd behoorlijke droogte. Hij past zich dan ook vrij gemakkelijk aan de omstandigheden in de woonkamer aan en ook droge lucht van de verwarming is geen probleem voor deze plant. Om het blad mooi en gezond te houden doet u er wel goed aan hem op een lichte plek te zetten. Direct zonlicht is hierbij geen probleem, maar laat hem hier wel aan wennen, want anders zal ook het blad van deze plant verbranden. ’s Winters een wat koelere plek is prima, maar let dan wel op de watergift en laat de temperatuur niet onder de 5 graden uitkomen.
Water geven
Omdat de olifantspoot water in zijn stam opslaat heeft hij weinig water nodig. Laat de grond tussen de gietbeurten opdrogen. Bij veel licht en warmte zal dit sneller gaan dan tijdens een koudere periode met minder licht.
Net als water heeft de olifantspoot weinig voeding nodig. Tijdens de lente en zomer kunt u eens in de 2 weken in een lage dosis plantenvoeding voor groene planten geven. Teveel werkt averechts bij deze plant, want dan verbranden de wortels.
Sproeien is niet nodig, maar om eventueel stof van het blad te verwijderen kunt u dat wel afnemen met een vochtige doek of een zachte straal van de plantspuit of douche erop zetten. Zorg daar wel bij dat de kluit niet nat wordt.
Snoeien
De olifantspoot is een langzame groeier, maar mocht hij toch te groot geworden zijn, dan kunt u eventueel de stam(men) afzagen op de gewenste hoogte. Doe dit niet te laag en ook niet in het verdikte gedeelte. Na enige tijd zal er dan nieuw blad groeien, maar het duurt lang voor de plant weer echt mooi is. Geef in deze periode nog minder water, want de plant verbruikt er zonder zijn volle toef blad nog minder van.
Lelijk geworden punten kunt u afknippen en van tijd tot tijd sterft er ook blad in zijn geheel af. Dit kunt u er heel voorzichtig aftrekken als het geheel verdord is en meestal groeien er even snel weer nieuwe bladeren bij aan de plant.
Verpotten
Omdat de olifantspoot niet zoveel voeding nodig heeft, is eens in de 3 jaar verpotten voldoende. Met de jaren wordt de grond slechter van kwaliteit, dus is het goed om de plant dus toch af en toe van nieuwe aarde te voorzien. Gebruik hierbij niet te diepe potten, want dan is het moeilijker in te schatten of de grond wat meer naar onderen niet te nat wordt.
Giftig?
Over de olifantspoot wordt gemeld dat dit een niet giftige plant is, maar die wel vaak aantrekkelijk is voor katten, vanwege hun sprieterige blad. Wij willen graag aanraden om toch voorzichtig te zijn met deze plant als u katten in huis heeft, want zijn ‘broertje’ de Yucca is wel degelijk gevaarlijk voor katten vanwege de vezels in het blad.
Heeft u katten en een olifantspoot? Dan zijn wij benieuwd naar uw ervaringen daarmee. Laat hieronder uw reactie achter.