Krokodillentranen: Peperomia obtusifolia

De Krokodillentranen (Peperomia obtusifolia) zijn sterke en gemakkelijke kamerplanten met dik donkergroen of bontgekleurd blad en een robuust uiterlijk.

Standplaats

Een lichte plek, uit de volle zon geeft de ideale groeiomstandigheden voor de Peperomia obtusfolia. De bonte soort heeft wat meer licht nodig, om zijn bladtekening in stand te houden, dan de groene versie. Het is een tropische plant en hij doet het dan ook goed bij kamertemperatuur. De temperatuur moet in elk geval niet onder de 13 graden komen. Hij is wat gevoelig voor tocht, dus zet hem op een plek waar hij daar geen last van heeft.

Ook leuk om te combineren met andere peperomia’s, zoals de Peperomia polybotrya en de Peperomia caperata.

Water geven

Peperomia obtusfolia heeft eigenschappen van een succulent en dankzij zijn vlezige blad verbruikt hij niet zoveel water. Laat de grond tussen de gietbeurten steeds eerst weer licht opdrogen. Geef daarvoor ongeveer eens per week water en voorkom dat hij in een laagje water komt te staan. Het liefst krijgt hij water op kamertemperatuur.

Geef tijdens de lente en zomer eens per maand plantenvoeding tijdens het gieten.

Verpotten

Voorzie de Krokodillentranen elke 2 jaar van een verse laag potgrond en zo nodig van een grotere maat pot. Dit laatste is niet altijd nodig, aangezien hij het beste niet te ruim in zijn pot kan staan, met het oog op zijn kleine waterbehoefte.

Snoeien

Op den duur kan de plant langere stengels aanmaken. Heeft u liever een compacte plant, knip deze dan terug, dan zal hij zich meer vertakken.

Bloei

Van een echte bloei is geen sprake, maar er kunnen bloeiaren aan de plant ontstaan, met daarop minieme bloempjes.