Kamerlinde: Sparmannia africana
Publicatiedatum: 31 december 2016
Met een kamerlinde (Sparmannia africana) haalt u eigenlijk geen kamerplant in huis, maar meer een boom! Als u genoeg ruimte heeft dan is deze plant met zijn zachte, grote en frisgroene blad een echte eyecatcher en u haalt u in één klap het buitengevoel in huis.
Lindenfamilie
De kamerlinde behoort tot de lindenfamilie (Tiliaceae) en het zal dus geen verrassing zijn dat deze plant ook in de woonkamer grote proporties kan aannemen. Hij komt zoals de toevoeging africana in zijn naam al verklapt van oorsprong uit Afrika en kan daar een meter of 6 á 8 hoog worden. In de woonkamer worden ze meestal zo’n 2 meter hoog. Een gemakkelijke plant is het niet, maar met de juiste verzorging kan voorkomen worden dat de bladeren al snel geel worden of van de plant vallen.
Standplaats
Eigenlijk is de woonkamer niet de meest geschikte plek voor de kamerlinde, want temperaturen boven de 20 graden vindt hij eigenlijk niet zo prettig. Een onverwarmde kamer of bijvoorbeeld een lichte hal zijn dus geschiktere plekken. Als u hem toch liever in de woonkamer houdt en u heeft de mogelijkheid, dan is hij dankbaar voor een periode op een koelere plek (12 – 16 graden) gedurende de wintermaanden. Zorg er wel voor dat de temperatuur niet onder de 7 graden zakt, want dat is ook niet bevorderlijk voor zijn gesteldheid. Zoek een lichte plek uit, maar wel één waar er geen direct zonlicht is.
Water geven
Gedurende het jaar heeft deze plant een wisselende behoefte aan water. Tijdens de bloeiperiode (september-april) moet de potgrond steeds licht vochtig blijven en heeft hij veel voeding nodig, dat u eens per week met het gietwater kunt geven. Van mei tot juli is de waterbehoefte kleiner en laat u de kluit tussen de gietbeurten steeds net iets opdrogen. Bemesten is dan ook niet nodig. Vaak laat de kamerlinde nu wat blad vallen. Vanaf juli mag er weer meer gegoten en ook weer bemest worden. De kamerlinde houdt van een hoge luchtvochtigheid, dus het is raadzaam minstens 1 á 2 keer per week te sproeien.
Bloei
Van september tot mei is de bloeiperiode van de kamerlinde. De bloempjes zijn klein en wit. Ze zijn voorzien van mooie gele en donkerrode meeldraden en ze verspreiden een lichte, zoetige geur.
Verpotten en snoeien
Deze harde groeier kunt u de eerste jaren het best jaarlijks van nieuwe aarde voorzien en hem in een wat grotere pot zetten. Voor zijn groei en grote bladeren heeft hij namelijk veel voedsel nodig. Ook doet u er goed aan na de bloei (mei) te snoeien, zodat de plant zich mooi vertakt. Anders ontstaan er lange, sprieterige stengels, wat er niet mooi uit ziet.
In het kort
Niet laten uitdrogen, goed bemesten, jaarlijks verpotten, niet te warm, de luchtvochtigheid hoog houden en geen direct zonlicht, dan heeft u er alles aan gedaan uw kamerlinde gezond en mooi te houden.
Er is overigens ook een dwergversie te koop, de Sparmannia africana ‘Nana’, die een bescheidener formaat heeft en houdt.