Hawaii-palm (Brighamia insignis)
Publicatiedatum: 27 juli 2019
Met de Brighamia insignis haalt u een stukje Hawaii in huis. Deze succulent is namelijk afkomstig uit Hawaii en gaat in Nederland als Hawaii-palm door het leven. Een echte palm is het niet, maar de mooie stam die hij ontwikkelt, met daarop een kroon van frisgroen blad doet er wel wat aan de vorm van een palmboom denken.
Standplaats
Geef de Hawaii-palm een lichte plek, uit de volle zon. Hij houdt van warmte (hij komt niet voor niets uit Hawaii) en hij staat dan ook het liefst in de warme woonkamer bij temperaturen tussen de 18 en 25 graden. Laat de temperatuur van het vertrek waar hij staat in elk geval niet onder de 15 graden komen, want dan zal hij wegkwijnen.
In tegenstelling tot veel andere planten houdt de Hawaiipalm niet in de winter, maar in de zomer een rustperiode. Hij kan hierdoor ’s winters beter tegen fel licht dan in de zomer en enkele uren zon worden dan prima doorstaan. Staat hij in de zomer echter te licht naar zijn zin, dan kan hij veel blad laten vallen. Over het algemeen vormt hij daarna vanzelf wel weer nieuw blad. Ook na aankoop kan het zijn dat hij wat blad laat vallen, maar zo snel hij zich heeft aangepast aan zijn nieuwe plek zal dit stoppen. Staat hij eenmaal bij u in huis, probeer hem dan zo min mogelijk te verplaatsen, om verdere bladval te voorkomen.
Water geven
De Hawaiipalm slaat water op in zijn stam en kan langere tijd zonder water overleven. Hier moet u bij stilstaan met water geven. Geef afhankelijk van de omstandigheden eens per 1 á 2 weken ruim water en laat de grond dan vervolgens eerst weer goed opdrogen voordat u opnieuw giet. Als hij langere tijd te nat staat, kunnen zijn wortels en stam gaan rotten. Andersom kan hij tot wel 6 weken zonder water. Handig als u eens langere tijd van huis bent.
Tijdens de lente en zomer maandelijks plantenvoeding voor succulenten en cactussen geven tijdens het gieten.
Bloei
In het najaar bloeit deze plant na enkele jaren met gele bloempjes, die tussen de bladkroon tevoorschijn komen.
Snoeien
Deze plant moet u niet snoeien. Door de manier waarop hij groeit stoot hij van tijd tot tijd zelf zijn onderste bladeren af. Bovenin verschijnen nieuwe bladeren. De oudste bladeren vergelen en als ze zijn ingedroogd kunt u ze eenvoudig van de plant verwijderen. Hierdoor wordt de mooie stam van deze plant gevormd.
Verpotten
Voorzie deze plant elke 2 jaar van een nieuwe laag grond voor cactussen of een mengsel van potgrond met zand en fijn grind. Zet hem niet te snel te ruim in een pot, want dan houdt de grond meer water vast, maar geef hem wel een grotere maat pot als zijn wortels de hele pot innemen. Zorg bijvoorbeeld met potscherven dat eventueel overtollig water niet bij de wortels komt.