Passiebloem: Passiflora caerulea
Publicatiedatum: 3 juli 2016
De bloemen van de passiebloem spreken tot de verbeelding en met een beetje geluk krijgt u zelfs passievruchten aan deze bijzondere kamerplant, die zich ook als kuipplant of tuinplant prima in ons land thuis voelt.
Doornkroon
De passiebloem komt van origine uit tropische streken in Noord-Amerika, Zuid-Amerika, Azië en Australië. Over de oorsprong van de naam doen verschillende verhalen de ronde. Verhaal 1 is dat de naam afkomstig is van het gepassioneerde gevoel die de aanblik van de bijzondere bloemen geeft. Het andere is dat de bloemen doen denken aan de doornkroon van Jezus en de passietijd (lijdensweg) voor Pasen.
Passiflora caerulea
In Nederland zijn inmiddels diverse soorten passiebloemen te koop, maar de meest verkrijgbare is de Passiflora caerulea, die blauw met witte bloemen heeft. In tuincentra zijn ze meestal te vinden met een hoepel erin verwerkt, zodat de plant in ronde vorm groeit. Als de plant het naar de zin heeft, zult u merken dat dit al snel niet meer toereikend is en moet u naar andere middelen grijpen om hem door te laten groeien. Het is namelijk een klimplant en ondersteuning is nodig, zoals een houten klimrek. De gekrulde hechtranken krijgen dan een goede ondergrond om door te groeien.
Snoeien
Eenmaal op dreef kan de passiebloem enkele meters per jaar groeien! Stevig snoeien is dus van belang, als u de plant niet door uw gehele huiskamer wilt laten groeien. Eind september kunnen houtige takken flink terug worden gesnoeid en in het voorjaar eventueel verzwakte takken. De planten bloeien op het nieuwe groen, dus snoei niet te laat. Het voorjaar is ook de beste tijd om te verpotten. Met een nieuwe portie goede potgrond kan het nieuwe bloeiseizoen weer met hernieuwde energie aangegaan worden.
Passiebloem in de tuin
In de tuin doet de Passiflora caerulea het ook goed. Dit kan door deze passiebloem als een kuipplant te behandelen en dus tijdens de zomer een plekje in de tuin te geven, maar ook door hem in de volle grond te zetten. Bedenk daarbij wel dat het van oorsprong een tropische plant is en de winterhardheid niet volledig is. Zachte winters worden probleemloos overleefd, maar als het langere tijd vriest dat het kraakt wordt het een ander verhaal. Dek de plant ’s winters af met stro, bladeren of een speciale beschermende hoes en kies voor een plek op het zuiden. Dan worden temperaturen tot -12 best verdragen. Zeker nadat de plant meerdere jaren op de plek staat. De passiebloem is semi-groenblijvend. Bij milde winters blijft het blad dus aan de plant, bij kouder weer zal er meer blad vallen.
Bloei
Het bloeiseizoen begint (buiten) in juni (soms iets eerder) en afhankelijk van of de plant binnen of buiten staat, houdt de bloei lang aan. Buiten tot ver in oktober, tot het te koud wordt. De bloemen bloeien net als bij de Hibiscus 1 dag, maar door de vele knoppen zult u niet vaak zonder bloemen zitten. Binnen is het verstandig om in het najaar een rustperiode toe te passen, door de plant op een koelere plek te zetten en minder water te geven. Na de bloei kunnen er eetbare passievruchten ontstaan, al is de smaak van deze soort passiebloem niet echt om over naar huis te schrijven. Wacht in elk geval met eten tot de schil donkerder kleurt en wat rimpelig wordt.
Water geven
De regel bij de passiebloem is, des te meer zon en warmte, des te meer water en voeding. Laat de kluit tussen de gietbeurten niet helemaal uitdrogen. Een zonnige plek in de huiskamer is gewenst, maar pas bij de meest intense zonnestralen op voor verbranding. Als u de plant als kuipplant behandelt dan kunt u het beste een bewolkte dag na de IJsheiligen uitkiezen voor de verhuizing naar buiten.