Bruidsbloem: Stephanotis floribunda

De bruidsbloem (Stephanotis floribunda) past samen met de kamerjasmijn en Gardenia in het rijtje sterk geurende kamerplanten. Vanwege de vele verwerking van de plant in bruidsboeketten, wordt hij in het Nederlands ook wel bruidsbloem genoemd.

Standplaats

Geef de Stephanotis een warme en lichte plek, maar niet in de volle zon. De plek moet daarnaast tochtvrij zijn, want anders kan het blad van de plant verkleuren, liggen plantenziekten op de loer en kunnen de bloemen en knoppen van de plant vallen. De plant vormt lange ranken, die u rond een boogje kunt (blijven) leiden, maar u kunt de plant ook behandelen als een hang- of klimplant.

Water geven

Tijdens de bloei is de waterbehoefte groot. Houd de grond steeds licht vochtig, maar doorweek de kluit niet.

Geef tijdens de bloei elke 4 weken plantenmest voor bloeiende planten tijdens het gieten en sproei de plant buiten de bloei om regelmatig, om het blad gezond en diepgroen te houden.

Bloei

Verplaats en draai de plant als er eenmaal knoppen en later bloemen in de plant zitten niet. Daar voorkomt u knopval mee. De bloemen zijn wit, buisvormig, met daarop stervormige bloemetjes en ze groeien in groepjes bij elkaar. Ze verspreiden een heerlijke, voor de plant karakteristieke geur.

Na de bloei heeft de Stephanotis een rustperiode nodig. Zet de plant op een lichte, maar wat koelere plek (zo rond de 15 graden), en geef minder water. In de vroege lente kunt u de plant van verse potgrond voorzien en snoei hem dan ook meteen terug. Dit zal de impuls geven tot een nieuwe bloei.