11 bodembedekkers voor de sier en tegen onkruid

Bodembedekkers hebben meerdere functies in de tuin. Ten 1e natuurlijk hun sierwaarde, maar daarnaast kunnen ze onkruid weghouden en houden ze de bodem koeler en vochtiger. We zetten 11 mooie en nuttige opties op een rij.

Dikkemanskruid / Schaduwkruid: Pachysandra terminalis

De Pachysandra terminalis gaat in Nederland door het leven als Dikkemanskruid, maar ook als schaduwkruid. Daaruit blijkt zijn liefde voor een schaduwrijke plek al. Deze plant is wintergroen, bodembedekkend en hij bloeit in het voorjaar met witte bloempjes. Ideaal voor de donkere hoeken van de tuin, waar u dan jaarrond uitkijkt op groen, terwijl onkruid tegelijkertijd weinig kans krijgt.

Elfenbloem: Epimedium

Van deze bodembedekker zijn bladverliezende en wintergroene soorten. De wintergroene soorten krijgen in het najaar vaak een paarse gloed in het blad. In het voorjaar verschijnen de bloempjes, die aan elfjes doen denken. Voor die tijd, in februari, moet het blad van de bladhoudende soorten worden afgeknipt. Zo voorkomt u dat u bij latere snoei de bloemen wegsnoeit én krijgt u de bloemen sowieso beter te zien. De meeste elfenbloemen kunnen vrij goed tegen een wat drogere standplaats, wat een voordeel is als uw tuin zowel schaduwrijk als droog is.

Goudaardbei: Waldsteinia ternata

De goudaarbei, ook wel gele aardbei genoemd, heeft niets te maken met de vruchtdragende plant. Wel lijkt zijn bladvorm erop, dat in de winter aan de plant blijft. In het voorjaar bloeit hij met heldergele bloemen, die wel wat aan boterbloemen doen denken, maar dan groter. Hij doet het het beste op een plek in de zon of halfschaduw en hij wordt zo’n 5 tot 10 centimeter hoog. Hij is goed bodembedekkend en erg sterk. Zo nodig kunt u er zelfs even op staan.

Grassen

Wintergroene grassen als Carex (op de foto) kunt u dicht tegen elkaar aan planten, om een mooi, bodembedekkend effect te krijgen. Ook de wat lager blijvende soorten grassen als Pennisetum en Festuca glauca lenen zich hier erg goed voor. Liriope muscari is geen gras, maar heeft er wel het uiterlijk van. Daarnaast krijgt hij in de nazomer decoratieve, donkerpaarse bloeiaren, die tot ver in het najaar mooi blijven.

Kattenkruid: Nepeta

De borderplant kattenkruid kan als bodembedekker toegepast worden, door er grotere groepen van aan te planten. Geef hem een zonnige plek en hij beloont u  tijdens de zomer met een wolk van lilapaarse bloemen. Zijn naam kattenkruid heeft hij overigens niet voor niets: deze dieren zijn dol op deze plant en de geur is onweerstaanbaar voor ze. Kijk daarom niet gek op als uw tuin opeens bevolkt wordt door katten, die graag even in uw bodembedekker komen rollen.

Klimop: Hedera helix

Het handige van de klimop is dat hij zowel als klimmer en als bodembedekker toegepast kan worden. Gebruikt u hem als bodembedekker, dan zal hij binnen afzienbare tijd mooie, dichte matten met blad vormen. Komt hij een plek tegen waar hij naar boven kan klimmen, dan zal hij dat zeker doen. Houd hem dus wel binnen de perken als u dat niet wilt. Snoeit u hem niet, dan vormt hij soms bloemen en vervolgens vruchten, waar de insecten en vogels u dankbaar voor zullen zijn. Al komt hij als bodembedekker moeilijker in bloei, dan als klimmer.

Maagdenpalm: Vinca

Vinca minor (op de foto) of major zijn de meest gebruikte Vinca-soorten. Maar ook Vinca difformis is een hele goede bodembedekker. Vooral voor grote oppervlakken. Hij groeit snel en lijkt op Vinca major, maar deze soort heeft witte bloemen met een vleugje lichtblauw. Het voordeel van Vinca’s is dat er een groot deel van het jaar bloemen aanwezig zijn. Ook kunnen Vinca’s goed in de (lichte) schaduw. Eenmaal goed aangeslagen zal hij wel snel uitdijen, dus houd hem eventueel wat binnen de perken.

Ooievaarsbek: Geranium macrorrhizum

Geranium macrorrhizum, in het Nederlands ooievaarsbek genaamd, is een geurende plant, die het op verschillende plekken goed doet. In de schaduw zal zijn bloei wel net iets minder rijk zijn. Doordat hij groenblijvend is en zo dicht groeit, is deze bodembedekker ook ideaal tegen onkruid. Vanaf mei-juni komt de plant in bloei met roze tot paarse bloempjes. Eenmaal uitgebloeid is te zien waar zijn Nederlandse naam vandaan komt: die lijken dan op de koppen van vogels, met snavel en al.

Roze vetkruid: Sedum spurium

Roze vetkruid is erg aantrekkelijk om daken mee te bedekken, maar ook als bodembedekker in de tuin doet hij het goed. Hij wordt zo’n 5 á 10 centimeter hoog en vormt een dicht dek. Hij staat graag op een zonnige plek met goed doorlatende grond en verdraagt droogte goed. Zomers komt hij tot bloei met rozerode bloemen.

Varens

Ook varens kunt u als bodembedekkers toepassen. Sommige soorten zijn (half) wintergroen, terwijl andere ’s winters bovengronds afsterven, om in het voorjaar weer in volle glorie tevoorschijn te komen. Kies bijvoorbeeld voor een Polystichum setiferum (zachte naaldvaren, op de foto) of Pteridium aquilinum (adelaarsvaren). Dryopteris filix mas (mannetjesvaren) wordt met 70 cm een stukje hoger en is half wintergroen.

Vrouwenmantel: Alchemilla mollis

Op het frisgroene blad van vrouwenmantel blijven waterdruppels sierlijk staan. Aan het eind van de lente komt de plant tot bloei, met lieflijke gele bloemtrosjes. Die lenen zich ook erg goed voor een zomers plukboeket. Als u de plant vervolgens terugsnoeit kan hij tot een 2e bloei komen en ziet hij er in korte tijd weer fris uit. Ook na de winter heeft hij een knipbeurt nodig, hij loopt dan mooier uit. Het zijn wel bodembedekkers die u in de gaten moet houden. Ze kunnen gaan woekeren en ze zaaien zich soms ook uit.

(Bron: Krijns Groentips, Groei & Bloei, Tuinen van Appeltern, Tuinplant.nl, archief)