Vervolgonderzoek darmkanker kan minder vaak
Publicatiedatum: 3 oktober 2017
Minder vervolgonderzoeken naar darmkanker bespaart veel ongemak en geld en levert nauwelijks grotere gezondheidsrisico’s op. Dit is de conclusie van onderzoekers van VUmc, AMC en het Nederlands Kanker Instituut (NKI).
Daling sterftegevallen
De vervolgonderzoeken die mensen ondergaan bij wie poliepen zijn gevonden en verwijderd tijdens een screening van dikkedarmkanker, leveren nauwelijks gezondheidswinst op. Het herhaaldelijk uitvoeren van dit belastende kijkonderzoek bovenop het reguliere bevolkingsonderzoek, levert een daling van het aantal sterftegevallen door darmkanker van minder 2 procent op, concluderen onderzoekers van VUmc, AMC en het Nederlands Kanker Instituut (NKI).
Verhoogd risico
In 2014 is in Nederland stapsgewijs begonnen met het bevolkingsonderzoek naar darmkanker. Hiervoor ondergaan mensen tussen de 55 en 75 om de 2 jaar een ontlastingstest. Als er bloed in de ontlasting wordt gevonden, volgt een kijkonderzoek van de darm. Mensen bij wie kanker wordt aangetroffen gaan een behandeltraject in. Als er poliepen, goedaardige voorlopers van darmkanker worden gevonden, worden deze weggehaald. Omdat deze mensen een verhoogd risico hebben op het ontwikkelen van nieuwe poliepen en darmkanker, worden zij vervolgens nauwlettend in de gaten gehouden. Bij deze ‘surveillance’ krijgen zij afhankelijk van de aard van de aangetroffen poliepen elke 3 of 5 jaar opnieuw een kijkonderzoek.
Onnodig
De wetenschappers hebben de toegevoegde waarde van deze controles in combinatie met het bevolkingsonderzoek onderzocht. Naar verwachting daalt de darmkankersterfte door het bevolkingsonderzoek met circa 50 procent. Door toevoeging van het surveillanceprogramma wordt een extra daling van slechts 2 procent door de onderzoekers verwacht. Volgens hen moeten veel mensen onnodig de onprettige en dure coloscopie ondergaan.
Kostbaar
Buiten dat het onderzoek belastend is voor de patiënt is de controle ook een kostbare zaak. Als de vervolgonderzoeken minder vaak uitgevoerd worden, kan veel geld bespaard worden. Met de huidige methode zullen jaarlijks rond de 60.000 Nederlanders een kijkonderzoek moeten ondergaan. De geschatte kosten van de surveillance bedragen nu ongeveer 40 miljoen euro per jaar. De onderzoekers adviseren om in afwachting van een betere vervolgaanpak in elk geval het meest intensieve surveillance interval van 3 jaar te verlengen naar 5 jaar. Dat bespaart ongeveer 17.000 kijkonderzoeken en 15 miljoen euro per jaar, terwijl de sterfte nagenoeg gelijk blijft, stellen de onderzoekers.
Lees ook: bevolkingsonderzoek naar darmkanker werpt op termijn vruchten af
(Bron: ANP, vumc.nl)
