Tips om veiliger te blijven traplopen

Wanneer traplopen u steeds wat minder goed afgaat, kunt u dit met een aantal aanpassingen toch zo veilig mogelijk blijven doen. Zonder meteen een traplift aan te hoeven schaffen. We hebben tips op een rij gezet.

Val belangrijkste oorzaak letsel onder ouderen

Wie ouder wordt merkt dat de spierkracht afneemt en het uithoudingsvermogen achteruit gaat. Ook reageren gaat trager. Deze aspecten zorgen ervoor dat een val in een klein hoekje zit. Het aantal valongevallen onder 65-plussers is zelfs de belangrijkste oorzaak van letsel onder deze groep. Een trap in huis kan daarbij een extra risicofactor vormen, maar door het traplopen veiliger te maken, kan dit worden voorkomen.

Lees ook: Meer ouderen gevallen in en om het huis: ‘blijf in beweging’

Trapleuning biedt steun

Een trapleuning geeft ondersteuning bij het traplopen. Een leuning op heuphoogte, zo rond de 85 centimeter hoogte, werkt daarbij goed. Het veiligste is het als de leuning helemaal doorloopt en er dus geen tussenruimtes zijn. Nog veiliger is het als u aan weerszijden van de trap een leuning heeft. Zeker het overwegen waard als dat in het geval van uw trapgat mogelijk is. Als u tijdens het lopen de hand(en) aan de leuning(en) houdt, wordt een misstap minder snel begaan. Heeft u meer grip nodig, dan kunt u antislipmateriaal gebruiken, zodat uw handen niet van de leuningen glijden.

Ook een optie is een inklapbare beugel, ook wel trap assistent genoemd. Die wordt geplaatst aan een rail langs de trap. Deze beugel duwt u onder het lopen naar boven of beneden. De beugel blokkeert automatisch als u dreigt te vallen.

Licht voorkomt vallen

Zorg ervoor dat uw trap altijd goed verlicht is, zodat u kunt zien waar u loopt. Loop daarom ook nooit in het donker, maar schakel het licht op de gang of overloop in. Of plaats een bewegingssensor, zodat er automatisch licht aan gaat als u de trap neemt. Eventueel kunt u ook verlichting op de treden zelf plaatsen.

Lege treden

Iedereen legt weleens iets op de trap neer om het op een later moment mee naar boven of beneden te nemen. Met het risico het te vergeten, waardoor u er lelijk over kunt struikelen. Maar ook als u het niet vergeet en er omheen wilt lopen vergroot dat de kans op vallen. Leg daarom geen tijdelijke spullen op de trap, maar ook geen vaste spullen als een opbergbox of plant. Dan kunt u de volle breedte van de treden benutten.

Houd uw handen vrij

Als u spullen van boven naar beneden meeneemt of andersom, houd dan zoveel mogelijk uw handen vrij. Dat kunt u doen door niet teveel tegelijk mee te nemen. Zodat u het met 1 hand kunt dragen en de andere vrijhoudt om de leuning vast te houden. Door de spullen in een schoudertas te vervoeren houdt u uw beide handen vrij en kunt u uw voeten ook nog zien. Gooi zachte spullen naar beneden en vervoer was die naar boven moet bijvoorbeeld in een wasmand met een schouderband.

Schoeisel met profiel

Een gladde zool of los zittende pantoffels verhogen de kans op uitglijden. Loop daarom geen trap op sokken of op schoeisel zonder profiel zoals slippers, maar kies bijvoorbeeld voor degelijke sloffen of schoenen met een goede zool.

Traplopen met een wandelstok of krukken

Als u met een wandelstok loopt, heeft u een hand minder vrij en moet het traplopen met nog wat meer aandacht gebeuren. Zorg ervoor dat u zo dichtbij mogelijk bij de trapleuning staat. Als u de trap naar boven loopt, plaats dan eerst uw beste been een trede hoger en vervolgens uw slechte been en herhaal dit. Bij het naar beneden lopen plaatst u eerst uw slechte been een tree lager en vervolgens uw beste been. Zet uw wandelstok steeds met aandacht neer, niet te dicht bij de rand. En leun goed op zowel uw wandelstok als de leuning. Hetzelfde geldt voor krukken. Heeft u er 2, gebruik er dan maar 1 en houd met die hand zo mogelijk ook uw andere kruk vast. Of geef die als er iemand anders bij u is aan diegene tijdens het traplopen.

Gladde treden voorkomen

Trappen met gladde treden, zoals met zeil beklede trappen of gelakte, houten trappen kunt u veiliger maken door antislipstrips op de treden te plaatsen.

Tussentreden

Met tussentreden (speciale blokken) wordt het aantal traptreden verdubbeld en de hoogte tussen de treden gehalveerd. Hierdoor duurt het traplopen iets langer, maar het is wel minder inspannend en veiliger.

Manier van traplopen aanpassen

Vindt u uw trap eigenlijk te eng om nog op te lopen, dan kunt u uitproberen of het voor u werkt om uw manier van traplopen aan te passen. Bij een steile trap met ondiepe treden is het veiliger om achteruit de trap af te gaan. Of neem iets meer de tijd en zet steeds uw beide voeten op een trede, in plaats van om en om per trede.

Is vergoeding mogelijk?

Hulpmiddelen voor het traplopen worden soms vergoed vanuit de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning). Bij uw gemeente kunt u hiernaar informeren. Soms wordt er wel een eigen bijdrage gevraagd.

(Bron: Gezondheidsplein, Scouters, Vilans hulpmiddelenwijzer, Wonen met gemak, IkWoonLeefZorg, ZusterJansen, archief)