Nieuwe grens voor vitamine B6-gehalte in voedingssupplementen
Publicatiedatum: 8 oktober 2018
De Nederlands Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) adviseert het in 2016 al, maar vanaf 1 oktober 2018 is het dan ook echt een feit: voedingssupplementen mogen voortaan niet meer dan 21 milligram vitamine B6 bevatten. Voedingssupplementen zorgen geregeld voor overdosering, met alle gezondheidsrisico’s van dien.
B6-limiet verlaagd
Het advies brengt de NVWA in 2016 samen uit met bijwerkingencentrum Lareb. Dit omdat er bij de instanties veel klachten binnenkomen over gezondheidsklachten als gevolg van te veel B6. Omdat overdosering via voedsel niet mogelijk is, wordt er daarom aan de toenmalige minister van Volksgezondheid, Edith Schippers, gevraagd om een limiet in te stellen voor het B6-gehalte in voedingssupplementen. Dit advies heeft de minister ter harte genomen.
Waar is B6 goed voor?
Vitamine B6, ook wel bekend onder de chemische namen pyridoxine of de aanverwante vormen pyridoxal of pyridoxamine, is onmisbaar voor het lichaam. Het reguleert de werking van bepaalde hormonen, helpt de bloedaanmaak en zorgt voor een goede werking van het immuunsysteem en het zenuwstelsel. Volgens de Gezondheidsraad heeft een volwassen man van boven de 50 jaar dagelijks 1,8 milligram B6 nodig. Een volwassen vrouw heeft genoeg aan 1,5 milligram. In principe komt iedereen hier ruimschoots aan, want vitamine B6 zit in heel veel producten die wij dagelijks eten en drinken. Denk aan melk, brood, vlees, eieren en peulvruchten. De concentraties B6 in deze voedingsmiddelen zijn laag.
Bovengrens overschrijden
Naast een ondergrens, is er ook een bovengrens voor B6-inname. Deze ligt voor volwassenen op 25 milligram. Wie deze limiet consequent overschrijdt, kan ernstige problemen krijgen met het zenuwstelsel. Mensen die voedings- of B6-supplementen slikken, hebben een verhoogd risico om deze dagelijkse limiet te overschrijden, want hier zit vaak veel meer in dan 25 milligram B6. Zo zijn er speciale B6-tabletten die 100 milligram per stuk bevatten.
Alle fabrikanten van voedings- en B6-supplementen die hun producten in Nederland willen verkopen moeten zich houden aan de nieuwe norm. Winkeliers die nog voorraden ‘oude’ pillen hebben, mogen deze eerst opmaken.
(Bron: NVWA, Rijksoverheid, Voedingscentrum, Gezondheidsnet)
