Fantoompijn
Pijn voelen in een lichaamsdeel wat er niet meer is heet fantoompijn. Ongeveer 70 procent van de mensen die door een ongeluk of door een amputatie na ziekte een arm, been, hand of voet kwijtraken voelt dat lichaamsdeel daarna nog steeds.
Spook
Fantoom betekent letterlijk spook of hersenschim. Mensen die een ledemaat zijn kwijtgeraakt ervaren wel het gevoel van stoten of als het wordt aangeraakt. Dit gevoel wordt fantoomgevoel genoemd. Maar in veel gevallen is er sprake van fantoompijn. Brandende, stekende pijn of kramp die soms zo hevig is dat mensen er depressief of suïcidaal van worden. Vlak na de amputatie is de fantoompijn doorgaans het grootst. Maar ook jaren later heeft de helft nog last. Sommige mensen hebben de pijn bij vlagen, anderen min of meer permanent. Vroeger werden mensen met deze pijnverschijnselen voor gek verklaard. Inmiddels is er veel meer bekend over de impact van fantoompijn.
Pijngeheugen
Er bestaan verschillende theorieën over de oorzaak van fantoompijn. Een van de oorzaken wordt het ‘pijngeheugen’ genoemd. Eerdere verwondingen of beschadigingen van een geamputeerde ledemaat, zoals zweren, ingebrachte infusen, snijwonden, likdoorns etc. blijven we voelen, als een soort ‘pijnherinnering’. Om die reden wordt tegenwoordig meer aandacht besteed aan preventieve pijnbestrijding, zoals anesthesiologische zenuwblokkades vóór een amputatie, zodat er zo weinig mogelijk herinneringspijn ontstaat. De werking is nog niet definitief bewezen.
Een andere oorzaak wordt gezocht in de doorgesneden zenuw op de plek van de amputatie. Deze perifere zenuwen ‘denken’ dat ze prikkels moeten doorgeven, en ontvangen, van de ledemaat naar het centrale zenuwstelsel in de hersenen en het ruggenmerg. Verder kan er een woekering van cellengroei aan het uiteinde van een doorgesneden zenuw ontstaan: een neuroom. Die woekerende cellen vertonen een verhoogde activiteit en vuren steeds pijnsignalen af naar de hersenen.
Reorganisatie van de hersenen
Een andere theorie is de disfunctionele cortiale reorganisatie. Een reorganisatieprobleem in de hersenen. In onze hersenen bevindt zich een soort landkaart van ons lichaam. De hersenen hebben een taakverdeling gemaakt en sommige hersencellen hebben zich gespecialiseerd in het voelen en bewegen van specifieke lichaamsdelen. Wanneer er een functie wegvalt raakt een deel van de hersenen werkloos. Deze cellen kunnen dan geprikkeld worden door de activiteiten in de naastliggende hersengebieden en gaan meedoen. Omdat ze van oorsprong een andere functie hadden wordt dat ervaren als fantoompijn.
Zoveel oorzaken, zoveel behandelingen
Bij medische problemen waarvan de oorzaak niet duidelijk is, zijn er verschillende behandelmogelijkheden. Dat geldt ook voor fantoompijn: er zijn er zo’n 50. Er zijn behandelingen met medicijnen (paracetamol, ontstekingsremmers, antidepressiva en middelen tegen epilepsie) tot TENS (behandeling met zwakke elektrische stroompjes), hypnose en acupunctuur. Ook fysiotherapie helpt in sommige gevallen. Er zijn ook mensen die baat hebben bij het dragen van een prothese.
Spiegeltherapie bij fantoompijn
Een andere bijzondere behandeling is spiegeltherapie. In 1995 is deze therapie ontwikkeld door de Amerikaanse neuroloog V.S. Ramachandran. Hierbij wordt een loodrecht staande spiegel gebruikt waarin de gezonde arm of het gezonde been wordt weerspiegeld zodat het lijkt of het geamputeerde lichaamsdeel er nog is. Daardoor wordt het hersengebied van dat lichaamsdeel geactiveerd. Op deze manier beginnen er processen te werken en concludeert het brein: alles is goed. Men kan dan als het ware het geamputeerde lichaamsdeel masseren, strelen of krabben door dat bij de ‘goede’ ledemaat te doen. Daardoor kan de pijn of jeuk minder worden. De gedachte is dat visuele informatie, bewegen en voelen elkaar sterk beïnvloeden. Deze spiegeltherapie wordt momenteel experimenteel toegepast en onderzoek ernaar is nog maar net begonnen, ook in Nederland.
Dit onderwerp is besproken in Tijd voor MAX op 1 november 2016.
—
Stel uw vraag aan dokter Ted van Essen
U kunt van dinsdag 1 november tot en met woensdag 2 november 2016 10.00 uur hieronder vragen stellen aan dokter Ted van Essen over fantoompijn. Andere vragen worden niet beantwoord. Na woensdag 2 november 10.00 uur mag u uiteraard een reactie achterlaten, maar deze wordt niet meer beantwoord. Dit betreft geen persoonlijk consult! De dokter moet u daarvoor immers goed kennen. Dokter Ted helpt u graag met algemene informatie en achtergronden bij het onderwerp dat is behandeld in Tijd voor MAX.
U moet zich eerst registreren en inloggen om uw vraag te stellen. Uw e-mailadres is niet zichtbaar voor anderen en u kunt een fictieve naam opgeven. De naam die u achterlaat is wel zichtbaar. Ter bescherming van uw privacy verzoeken wij u persoonlijke gegevens niet te vermelden in uw bijdrage.
Geef een reactie
U moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.
is fantoom pijn ook mogelijk als je een knie prothese hebt
Er kan erg veel pijn blijven na een knievervanging, maar dat is geen fantoompijn. Daar zijn andere oorzaken voor.
Ted van Essen, huisarts
Mijn man heeft een ernstige polineuropathie in beide onderbenen overgehouden na een zeer ernstige scepsis ( half jaar i.c. opname o.a. ).regelmatig wordt gezegd dat de pijn vergelijkbaar is met fantoompijn. Alle mogelijkheden om evt. De pijn te verlichten werken nauwelijks,ook via pijnpoli geprobeerd. We weten dat deze pijn veroorzaakt wordt door een zenuwbeschadiging aan de uiteinden met name de voeten en dat de gevoelspijn zo anders wordt ervaren .zou spiegeltherapie kunnen helpen omdat je dan blijkbaar de hersenen ” voor de gek houdt “.
Ik ben erg benieuwd naar uw mening! Met vriendelijke groet, W. Ernst
U beschrijft een polyneuropathie. Dat soort pijn is, net als fantoompijn, ook een zogenaamde neuropathische pijn en die zijn berucht slecht behandelbaar. In de situatie bij uw man is er echter nog steeds een ledemaat en daarom denk ik niet dat spiegeltherapie zou helpen. U zou het aan een pijnspecialist kunnen vragen.
Ted van Essen, huisarts
Ik weet dat u moeilijk kunt ingaan op eerdere onderwerpen; maar toch. Mijn huisarts vindt na 20 jaar onderzoek naar virale hepatitis als je voor 1992 een bloedtransfusie hebt gehad onnodig. Kennelijk vindt u het na 24 jaar wel verstandig. Hoe kan ik mijn huisarts overtuigen?
U kunt op thuisarts.nl nalezen of uw klachten lijken op chronische hepatitis C (https://www.thuisarts.nl/hepatitis-c/ik-heb-hepatitis-c). In uw bloed is dat eenvoudig te controleren.
Ted van Essen, huisarts