Dit zijn de fabels en feiten over de griepprik

Wat klopt er wel en wat niet?

Onder meer 60-plussers, mensen met diabetes, chronisch zieken en mensen met longaandoeningen krijgen het advies van het RIVM om de griepprik te halen. Het RIVM is het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Deze groep mensen kan de prik gratis halen bij de huisarts. Jaarlijks gaan 3 miljoen van de genodigden daadwerkelijk naar de arts voor dit vaccin. Er is geen eenduidige verklaring voor de relatief lage vaccinatiegraad, maar feit is wel dat er door sommigen sceptisch naar de prik wordt gekeken. Zij geloven bijvoorbeeld in de onderstaande theorieën, die volgens Dokter Ted niet (volledig) op waarheid berusten.

Fabel 1: “Ik word ziek van de griepprik”

U kunt niet ziek worden van de griepprik, want de virussen die erin zitten zijn geïnactiveerd. Sommige mensen voelen zich na de griepprik een aantal dagen minder lekker. Lusteloosheid, hoofdpijn of zelfs een lichte verhoging zijn mogelijk op de dag van de griepprik. De bijwerkingen van de griepprik ontstaan doordat het lichaam denkt dat er sprake is van een echte infectie. Dat is juist goed, want dit betekent dat het vaccin werkt en het lichaam afweerstoffen vormt.

Fabel 2: “Het vaccin werkt niet, want ik heb toch griep gekregen”.

Het vaccin werkt wel, maar niet altijd. Gemiddeld genomen helpt de griepprik in 50 procent van de gevallen. Elk jaar wordt al in februari een inschatting gemaakt welke virussen in het najaar zullen opduiken. Er zijn heel veel verschillende griepvirussen, die niet allemaal in het vaccin zitten. Het kan dus zijn dat u toch griep krijgt. Als dat zo is, krijgt u de griep vermoedelijk minder heftig dan wanneer u geen prik zou hebben gehaald. Het griepvirus is zeer dynamisch, waardoor u elk jaar opnieuw de griepprik moet halen.

Fabel 3: “Ik ken iemand die dood is gegaan door de griepprik”

Zoals al beschreven kan de griepprik bijwerkingen hebben, maar heel heftig zullen deze niet zijn. Toch zijn er mensen die denken dat de griepprik dodelijk is. Er is nog nooit aangetoond dat er een verband bestaat tussen de griepprik en de dood. Natuurlijk kan het wel zo zijn dat iemand die recent de griepprik heeft gehaald overlijdt, maar dat komt dan in elk geval niet door het vaccin.

Fabel 4: “Ik krijg nooit griep, dus ik hoef geen griepprik”

Jaarlijks krijgt slechts 5 tot 10 procent van de mensen griep, waardoor het goed mogelijk is dat u nog nooit griep heeft gehad. Toch is het raadzaam om de prik wel te halen, want het kan natuurlijk gebeuren dat u ooit wel tot deze 5 tot 10 procent zult behoren.

Fabel 5: “Regelmatig griep krijgen maakt mij sterker”

Er zijn geen onderzoeken die dit onderschrijven, waardoor het niet per se de waar is.

Fabel 6: “Ik wil niet dat iemand gif in mij spuit”

Het griepvaccin is geen gif. Op de website van het RIVM kunt u lezen uit welke bestandsdelen de prik bestaat. Er zitten werkende stoffen (de geïnactiveerd virussen) in en hulpstoffen (stoffen die onder meer de houdbaarheid verlengen). Ook bevat het griepvaccin reststoffen, die tijdens het productieproces aan het vaccin zijn toegevoegd. Deze stoffen worden er zoveel mogelijk uitgefilterd, maar het kan dus voorkomen dat er nog restjes hulpstoffen achterblijven. Voorbeelden hiervan zijn antibiotica, kippenei-eiwit of formaldehyde.

Het kan een heel enkele keer voorkomen dat deze hulpstoffen een heftige reactie veroorzaken. Daarom is het volgens het RIVM heel belangrijk dat de arts die het vaccin toedient weet waar de persoon in kwestie overgevoelig voor is.

(Bron: Ted van Essen, MAX Meldpunt, RIVM)