Welk AOW-bedrag krijgt uw complete huishouden? Dat hangt van deze 21 woonsituaties af
Publicatiedatum: 20 augustus 2024
Als u AOW-gerechtigd bent, bepaalt de samenstelling van uw huishouden hoe hoog uw AOW-uitkering is. Volgens de regels van de Sociale Verzekeringsbank (SVB) zijn er 2 smaken. Bent u alleenstaand, dan ontvangt u 70 procent van het minimumloon. En bent u getrouwd of heeft u een geregistreerd partnerschap, dan krijgen uw partner en u elk 50 procent. Op papier is het dus heel eenvoudig, maar in de praktijk zijn er nog veel meer mogelijkheden, naast alleenstaand en gehuwd/samenwonend.
Alleenstaand en gehuwd/samenwonend, een achterhaalde tweedeling
Deze tweedeling stamt nog uit de jaren 50 en is eigenlijk niet meer van deze tijd, erkent de SVB zelf ook. Sterker nog, er zijn niet 2, maar liefst 21 mogelijke samenstellingen van een huishouden. En dit kan de toekenning van AOW-bedragen behoorlijk ingewikkeld maken. Zo heeft Meldpunt begin 2024 bericht over de 67-jarige Tom, die niet zelfstandig kan wonen en daardoor bij mantelzorger Lydi (80) in is getrokken. Wanneer Tom de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, krijgt hij een gehuwden-AOW. Bovendien moet Lydi haar alleenstaanden-AOW inruilen voor een gehuwden-AOW, met de nodige misgelopen inkomsten tot gevolg.
Uiteindelijk is deze kwestie met een sisser afgelopen. De SVB heeft erkend dat Lydi en Tom alsnog recht hebben op een hogere alleenstaanden-AOW, ook al vormen ze samen 1 huishouden. Hiervoor moet de SVB controleren of er sprake is van ‘wederzijdse zorg’ in dit huishouden, laat een woordvoerder weten aan Meldpunt. “Dat dit complex vast te stellen is, blijkt ook uit deze situatie”, klinkt het.
Wat voor AOW krijgt u als u een latrelatie heeft?
En zo zijn er nog meer voorbeelden waarbij de praktijk ingewikkelder is dan de theorie. Ook als u wel een partner heeft, kan de SVB u alsnog beschouwen als een alleenstaande. Heeft u bijvoorbeeld een latrelatie met uw partner? Dan staat u allebei op een ander adres ingeschreven en ontvangt u alsnog allebei een alleenstaanden-AOW. Zo’n latrelatie is een vorm van duurzaam scheiden. Dat wil zeggen dat u formeel (nog) fiscaal partner van elkaar bent, maar u woont niet (meer) op hetzelfde adres.
Hoewel samenwonen (meestal) een stuk gezelliger is, is een latrelatie in financieel opzicht aantrekkelijker voor 2 AOW-gerechtigden. We pakken de netto AOW-bedragen per 1 juli 2024 erbij. In het geval van een latrelatie bedraagt het totale maandinkomen 2.972,48 euro (2 x de alleenstaanden-AOW, met loonheffingskorting), tegenover 2.021,38 euro (2 x de gehuwden-/samenwonenden-AOW, met loonheffingskorting) in het geval van een gedeeld huishouden.
Wat voor AOW krijgt u als uw partner naar een verpleeghuis moet?
Ook als uw partner in een verpleeghuis of andere zorginstelling moet wonen, heeft dit gevolgen voor de samenstelling van uw huishouden. En dus ook voor de hoogte van uw AOW. Als u een gehuwden-/samenwonenden-AOW ontvangt, kunt u deze behouden óf kiezen voor een alleenstaanden-AOW. Als u gaat voor optie 2, krijgt u weliswaar een hogere AOW, maar daar kunnen bijkomende kosten tegenover staan. De eigen bijdrage voor de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) kan in dat geval omhoog gaan. Ontvangt u beiden al een alleenstaanden-AOW, maar gaat één van jullie naar een verpleeghuis? Dan gelden er weer andere regels met betrekking tot de AOW. Meer informatie hierover vindt u op de website van de SVB.
Wat voor gevolgen heeft woningdelen voor uw AOW?
Tot slot is woningdelen aan een opmars bezig, met name onder jongeren die in hun eentje geen woning kunnen krijgen. EenVandaag gaat in augustus 2024 langs bij de Nijmeegse vriendinnen Romy en Nina (beiden 29), die samen een sociale huurwoning hebben betrokken. Voor hen is de AOW-leeftijd uiteraard nog ver weg. Maar ook als u op latere leeftijd bent, kan het een uitkomst zijn om samen te wonen met een familielid of andere naaste.
De Rotterdamse woningcorporatie SOR, die vooral aan ouderen verhuurt, is in 2022 al met een proef gestart. Want woningdelen is een mogelijke oplossing voor het grote woningtekort in Rotterdam en andere Nederlandse gemeenten. De SVB houdt ook rekening met een toename van woningdelende huishoudens. Want bestaat uw huishouden uit 3 AOW-gerechtigden, waarvan er 2 gehuwd zijn? Dan krijgen de 2 gehuwden een bijbehorende AOW, de 3e inwonende ontvangt een alleenstaanden-AOW. Het totaalbedrag voor het hele huishouden is dan 3.507,62 euro (2 x de gehuwden-/samenwonenden-AOW, 1 x de alleenstaanden-AOW, met loonheffingskorting).
Maar ook als u 1 of meerdere familieleden in huis neemt, kan dat gevolgen hebben voor uw AOW. Want komen uw kind én uw meerderjarige kleinkind bij u in huis wonen, dan vervalt uw recht op de alleenstaanden-AOW. Is uw kleinkind minderjarig, dan krijgt u nog wel een alleenstaanden-AOW. Hieronder geven we een overzicht van alle 21 woonvormen die de SVB onderscheidt, plus de totale AOW-inkomsten voor dit huishouden.
Welk AOW-bedrag past bij welk type huishouden?
- 1 persoon, alleenstaand: 1486,24 euro (1 x 70 procent van het minimumloon)
- 2 personen, gehuwd: 2.021,38 euro (2 x 50 procent)
- 2 personen, gehuwd, maar duurzaam gescheiden: 2.972,48 euro (2 x 70 procent)
- 2 personen, gehuwd, duurzaam gescheiden, 1 van hen woont in een zorginstelling: 2.021,38 euro (2 x 50 procent) óf 2.972,48 euro (2 x 70 procent)*
- 3 personen, waarvan 2 gehuwd met elkaar, duurzaam gescheiden, 1 van hen woont in een zorginstelling: 2.021,38 euro (2 x 50 procent) óf 2.972,48 euro (2 x 70 procent) óf 2.496,93 (1 x 50 procent plus 1 x 70 procent)*
- 2 personen, elk een eigen woning, niet duurzaam gescheiden: 2.021,38 euro (2 x 50 procent)
- 2 personen, ongehuwd, samenwonend, gemeenschappelijke huishouding: 2.021,38 (2 x 50 procent)
- 2 personen, ongehuwd, samenwonend, geen gemeenschappelijke huishouding: 2.972,48 (2 x 70 procent)
- 2 personen, ongehuwd, 1 van hen woont in een zorginstelling: 2.021,38 euro (2 x 50 procent) óf 2.972,48 euro (2 x 70 procent)*
- 2 personen, elk een eigen woning: 2.972,48 euro (2 x 70 procent)
- Minstens 2 personen, commerciële relatie, bijvoorbeeld kamerverhuurder en huurder: 2.972,48 euro (2 x 70 procent)
- Minstens 2 personen, AOW-ontvanger woont samen met eigen ouder of kind: 1.486,24 euro (1 x 70 procent)
- Minstens 3 personen, AOW-ontvanger woont samen met eigen kind en diens partner: 1.486,24 euro (1 x 70 procent)
- Minstens 3 personen, AOW-ontvanger woont samen met eigen kind en eigen minderjarige kleinkind: 1.486,24 euro (1 x 70 procent)
- Minstens 3 personen, AOW-ontvanger woont samen met eigen kind en eigen meerderjarige kleinkind: 1.010,69 euro (1 x 50 procent)
- Minstens 3 personen, 2 ongehuwde AOW-ontvangers wonen samen met eigen meerderjarige kind: 2.972,48 euro (2 x 70 procent)
- Minstens 3 personen, 2 gehuwde AOW-ontvangers wonen samen met eigen meerderjarige kind: 2.021,38 euro (2 x 50 procent)
- 3 personen, ongehuwd, meerpersoonshuishouden: 4.458,72 procent (3 x 70 procent)
- 3 personen, ongehuwd, woningdelen, geen gemeenschappelijke huishouding: 4.458,72 procent (3 x 70 procent)
- 3 personen, ongehuwd, waarvan 2 met een gemeenschappelijke huishouding: 3.507,62 euro (2 x 50 procent plus 1 x 70 procent)
- 3 personen, waarvan 2 gehuwd: 3.507,62 euro (2 x 50 procent plus 1 x 70 procent)
Het gaat hier om volledige nettobedragen per maand met ingang van 1 juli 2024, inclusief loonheffingskorting. Maar als u in het buitenland heeft gewoond en/of gewerkt (of dat nog steeds doet), verliest u mogelijk het recht op een volledige AOW-uitkering (-2 procent per jaar dat u niet verzekerd bent in Nederland). Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (PDF-bestand)
* Als uw partner en uzelf een gehuwden-/samenwonenden-AOW krijgen en één van beiden gaat in een zorginstelling wonen, kunt u zelf kiezen of u voortaan een alleenstaanden-AOW wil ontvangen. Is er nog een 3e persoon bij de woonsituatie betrokken, dan hangt het ervan af of diegene lid is van een gemeenschappelijk huishouden (zie punt 5).
Een hervorming van het systeem? 3 scenario’s
Kortom, de huidige tweedeling tussen alleenstaand en samenwonend/gehuwd is niet toereikend, bij lange na niet zelfs. Bovendien is het lastig om te controleren bij welk van de 21 leefvormen een huishouden hoort. De SVB broedt daarom op een andere opzet van het AOW-systeem, om deze regels eenvoudiger en inzichtelijker te maken. Hiervoor zijn 3 scenario’s.
Ten 1e: iedereen krijgt hetzelfde AOW-bedrag, ongeacht woonsituatie. Ten 2e: het woonadres wordt uitgangspunt. Een alleenstaande krijgt nog steeds 70 procent. Maar als er meerdere AOW-ontvangers op hetzelfde adres wonen, krijgen ze elk 50 procent. En ten 3e: gebruikmaken van dezelfde regels als het toeslagpartnerschap, die bepalen hoeveel toeslagen u ontvangt. Maar of het stelsel op korte of lange termijn hervormd gaat worden, volgens 1 van deze 3 scenario’s? Dat zal afhangen van politieke keuzes. Tot die tijd kunt u via de SVB-site controleren welke bedragen u zelf ontvangt, op basis van uw woonsituatie.
(Bron: Archief, MAX Meldpunt, Sociale Verzekeringsbank, Business Insider, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Het Financieele Dagblad, EenVandaag, Van Bruggen Adviesgroep, ANBO. Foto: Shutterstock)
Geef een reactie
U moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.
Dan vraag ik mij af hoe veel mijn man krijgt.
Hij gaat over 2 jaar met pensioen.
We zijn gehuwd en hebben 1 minderjarige kind.
Daarnaast moet ik zelf moet dan nog 18 doorwerken.
Dus is het 50% of is het 70%?
Leuk om vergelijkingen te maken van AOW gerechtigden. 2 in 1 huishouden.
Maar als in een huishouden (geregistreerd partnerschap) 1x iemand is ZONDER inkomen (kan niet werken, heeft daar voor altijd gewerkt) en 1x iemand met AOW dan is het inkomen slechts 50% waarmee 2 personen het moeten doen.
Wat over sociaal rechtvaardige uitkeringen SVB?
Als je naar de website van pensioenplanner, of van het pensioenfonds gaat komt er duidelijk in beeld wat de “verwachtingen” zijn. Bij mij was het de aanleiding om gelijk mijn vroegpensioen aan te vragen. Reeds een jaar genoten van een goed pensioen, met AOW aanvulling. Volgend jaar krijgt mijn vrouw ook haar AOW, dus zouden we het makkelijk kunnen redden. Een fout die mensen maken is de loonheffingskorting. Advies van mijn accountant is GEEN loonheffingskorting aangeven. Het jaar erop bij belasting teruggaaf opgeven bij het hoogste bruto inkomen. Dat geeft het beste rendement. Geef je wel loonheffingskorting aan, dan zou het kunnen dat je terug moet gaan betalen.
Als ik 67 ben geworden en gehuwd met 65 jarige?
Krijg ik dan die bijna 1500 of 1000 gehuwde enkele jaren?
Zij kreeg niets en werkte niet.
Zodra zijn AOW kreeg, omdat ze niet de 50 jaren hier woonde dus geen volle 1000 maar 500 en rest kreeg ze van elders!
Dat is bekend en normaal maar kreeg ik nu bijna 1500 of 1000 slechts ?
Mensen met vrijwel dezelfde leeftijd zijn zeldzaam.
Klopt helemaal. Hebben de intelligente ambtenaren bij de SVB niet naar gekeken en is 100% onrechtvaardig.
In 2015 is partner AOW afgeschaft. Dat schild voor mij 50% AOW inkomen. Dat was toen een bezuiniging ,maar wat heeft het sinds dien opgeleverd. Dat er allerlei toeslagen kranen moesten worden opengedraaid. Ik ben 70 en mijn (met mij gehuwd) vrouw is 64 jaar .Ik moet dus nog 4 jaar wachten om verder tegaan met 100% AOW .(ik hoop dat ik er dan nog ben).
Betreft punt 16 en 17
Voor duizend euro in de maand zijn wij gescheiden.
Zelf al enige tijd AOW genieten en financieel afhankelijk. (50%)
Mijn met mij gehuwde vrouw is NOG TWEE JAREN niet AOW gerechtigd i.v.m. leeftijd 65 jaar.
Zij is ook niet qua inkomen werkzaam.
Volgens mij is dit de 22ste AOW vorm.
5 jaar jongere echtgenote – krijg ik maandelijks nog minder den een alleenstaande AOW”er !!!!!
Ja dat de AOW niet een vetpot is mag duidelijk zijn. Maar het geld moet wel opgehoest worden. AOW bouw je op met de jaren dat je in Nederland woont, of een aparte “verzekering afsluit” als je in het buitenland gaat wonen. Geen volledige opbouw houd dus in dat je minder krijgt, je hebt ook minder in de pot gestort. Een aanvullend pensioen is ook voor vele een onvoldoende aanvulling voor een goed leven te kunnen leiden. Waaraan dit ligt is meestal een reden waarvan de betreffende persoon ook in sommige gevallen hij/zijzelf schuldig is, hard maar de waarheid. In veel CAO’s wordt de afdracht bepaald, dit geeft uiteindelijk het eindbedrag van je pensioen uitkering. Ik neem altijd het voorbeeld van mijn ouders en schoonouders. Beide alleen werkende waar moeder het huishouden deed. Beide vaders eigenlijk het zelf maand inkomen. Alleen de ene had 200euro pensioen de andere 500euro pensioen per maand. reden, de ene bedrijfssector ging voor geld in de handen, wie nu leeft wie nu zorgt. De andere bedrijfssector dacht aan de toekomst.
mijn situatie zit er niet bij: ik ben getrouwd omdat mijn man anders niet in Nederland kon blijven, hij is van de Indiaase nationaliteit
ik kreeg alleenstaande AOW nu krijg ik samenwonende AOW en mijn man krijgt niets ( hij heef took niets opgebouwd daar zuren we niet over!) maar het is toch niet eerlijk dat ik nu samenwonende AOW krijg en nog een extra mondje ga vullen en gekort wordt? graag uw mening met dank Veroniek Kerssemakers wij zijn 75 en 74 jaar oud
[ter bescherming van uw persoonsgegevens hebben wij uw 06-nummer en adres verwijderd]
Situatie 3 is op ons van toepassing. Sedert 2009 ben ik woonachtig in Frankrijk. Mijn echtgenote, die geen fiscaal partner is, bleef wonen in haar huurwoning in Nederland. Mede om haar vrijwilligerswerk voort te kunnen zetten. In 2002 werd mij, na uitvoerig onderzoek door SVB en een vertraging van enkele maanden na april, een ongehuwdenuitkering toegekend. Mijn 5 jaren jongere echtgenote kwam in 2007 in aanmerking voor een AOW uitkering. Enkele maanden daaraan voorafgaand kreeg ik thuis in Frankrijk bezoek van een tweetall SVB opsporingsambtenaren. Mijn echtgenote verbleef in Nederland en zij troffen slechts enkele gasten van mijn B&B aan. Mij werd een uitvoerige lijst met nogal intieme vragen voorgelegd. Op basis van hun recherche werd me enige tijd later medegedeeld dat de beslissing uit 2002 werd herzien en mijn AOW uitkering werd verlaagd naar de gehuwdenuitkering. Schriftelijk bezwaar met o.a. verwijzing naar ongehuwden met een LAT relatie en ieder een eigen woning werd afgewezen. Ik heb vervolgens bij de Rechtbank te A.dam geprocedeerd tegen de SVB. Uitkomst was teleurstellend voor mij. SVB werd in het gelijk gesteld op basis van door SVB vastgesteld intern beleid. Slechts formeel scheiden zou kunnen leiden tot de situatie van ongehuwde partners met eigen woning in een LAT relatie op basis van de zgn. 2-woningenregeling. Zeer onrechtvaardig!
Indien gewenst kan ik Rogier de Haan nader informeren inzake mijn dossier.
Ik had gelukkig mazzel. Ik scheel 6 jaar met mijn man en hij is geboren in december 1949, waardoor ik van onderstaande regeling
gebruik kon maken:
Als de oudere partner geboren is na 1949, ontvangt hij/zij ongeacht het inkomen van de jongere partner geen AOW-partnertoeslag, maar uiteraard wel eigen AOW vanaf 65 jaar. Zodra de jongere partner 65 jaar wordt, krijgt die ook de eigen AOW, zodat de gezamenlijke AOW even hoog is als de voormalige AOW voor gehuwden.