Vast, variabel, hoog-laag of laag-hoog: wat kunt u het best met uw opgebouwde pensioen doen?
Publicatiedatum: 26 oktober 2022
Na uw werkzame leven gaat u met pensioen. Dan heeft u recht op AOW, maar u kunt ook tijdens uw werkzame leven een pensioenpot opbouwen. Voor de uitbetaling hiervan zijn meerdere opties. In dit artikel zetten we de mogelijkheden op een rij, inclusief voor- en nadelen.
Vast pensioen
Zodra u met pensioen gaat, krijgt u elke maand voor de rest van uw leven hetzelfde pensioenbedrag. Hoeveel dat is, hangt af van uw persoonlijke situatie. “Stel dat je 200.000 euro hebt gespaard, dan bedraagt de pensioenuitkering zo’n 800 euro netto per maand”, rekent directeur Jeroen Wolfsen van vergelijkingssite Moneywise tegenover NU.nl voor. Maar hoe hoog dit nettobedrag exact uitvalt, is dan weer afhankelijk van uw pensioenverzekeraar. Daarnaast is het pensioenbedrag gekoppeld aan de rentestand op het moment van uw pensionering.
Dat laatste kan een voordeel, maar ook een nadeel zijn. Is de marktrente laag op de dag dat u met pensioen gaat? Dan heeft u daar de rest van uw leven last van. Andersom kunt u nog jarenlang profiteren van een hoge rentestand op dat moment. U weet dus van tevoren waar u de rest van uw leven aan toe bent, of het nu wel of niet goed gaat met de economie. En dat kan uiteindelijk mee- of tegenvallen. Houd er wel rekening mee dat uw koopkracht sowieso zal dalen als u kiest voor een vast pensioen. De prijzen stijgen immers elk jaar, maar uw vaste pensioen stijgt logischerwijs niet mee.
Variabel pensioen
Sinds 2016 is het mogelijk om voor een variabel pensioen te kiezen. U heeft pensioenkapitaal opgebouwd, maar u laat een deel ervan beleggen door uw pensioenfonds. In de 1e jaren na uw pensionering krijgt u een hoger bedrag dan wanneer u een vast pensioen af zou sluiten. Dat komt in de praktijk neer op een vooruitgang van 15 à 20 procent, stelt Wolfsen in gesprek met NU.nl. Dit is een voorschot van de verwachte inkomsten die het pensioenfonds met uw belegde pensioenkapitaal hoopt binnen te halen. Maar of deze belegging inderdaad rendement oplevert, is uiteraard niet zeker.
Dit is dus een risico, want u weet vooraf niet hoeveel pensioengeld u in de loop der jaren zult ontvangen. De hoogte van uw pensioenuitkering wijzigt namelijk 1 keer per jaar. Deze is deels afhankelijk van de rentestand en de beleggingsresultaten van uw pensioenfonds. Het kan zijn dat u er na 10 jaar nog steeds warmpjes bij zit. Maar het kan ook gebeuren dat uw maandelijkse uitkering flink keldert en onder het niveau van het vaste pensioen zakt. Bij een forse inflatie kunt u dubbele pech hebben. Zowel uw inkomen als uw koopkracht daalt, want u ontvangt minder geld en kunt daarmee minder besteden.
Hoog-laagpensioen of laag-hoogpensioen
Dit is een soort mengvorm van de vorige 2 vormen. Uw pensioenuitkering verandert op een gegeven moment wel, maar u weet vooraf wel waar u aan toe bent. Hoe gaat dit in zijn werk? Eerst ontvangt u gedurende maximaal 10 jaar een vast bedrag per maand. Daarna gaat u terug naar 75 procent van dat maandbedrag. Dit lage pensioen heeft in 2022 een minimum van 520,35 euro. Deze constructie kan interessant zijn als u met vervroegd pensioen gaat, ter compensatie van de periode waarin u nog geen AOW ontvangt. Andersom kunt u ook kiezen voor een laag-hoogpensioen. Dan begint u met een laag pensioenbedrag, maar incasseert u, na 10 jaar of minder, maandelijks 133 procent van dat bedrag. Dit kan interessant zijn als uw partner bijvoorbeeld nog werkt terwijl u al wel met pensioen bent.
De voor- en nadelen van deze constructies liggen voor de hand. De hoogte van uw pensioenuitkeringen ligt al vast en reageert niet op economische voor- of tegenspoed, net als wanneer u een vast pensioen afsluit. Dat kan rustgevend zijn, maar uw maandbedrag kan uiteindelijk wel erg laag uitvallen. Zeker als uw pensioenfonds goede beleggingsresultaten behaalt, kan het zijn dat u de nodige inkomsten misloopt.
Welke optie is het meest aantrekkelijk voor u?
Als uw pensioen dichterbij komt, is het zeker aan te raden om u hierin te verdiepen. Voor welk pensioen kunt u het beste kiezen: vast, variabel, hoog-laag of laag-hoog? Dat is voor iedereen anders, afhankelijk van uw persoonlijke situatie. Via vergelijkingssites kunt u nagaan wat het beste bij u en uw opgebouwde pensioenkapitaal past. En u kunt uw pensioenfonds of een onafhankelijke adviseur raadplegen.
Houd er tevens rekening mee dat uw AOW-uitkering niet altijd hetzelfde zal zijn. Deze is namelijk gekoppeld aan het minimumloon en hangt ook af van uw woonsituatie en burgerlijke stand. Via dit overzicht van Rijksoverheid kunt u controleren wat dit voor u betekent. Daarnaast kunt u ervoor kiezen om nog een tijdje door te werken als u de AOW-leeftijd al voorbij bent. In een eerder artikel leggen wij uit wat dit betekent voor uw inkomsten en belastingen. Tot slot vindt u hier de podcastserie Tweede Hans: de pensioenpodcast. Hierin bespreekt NPO Radio 1-presentator Jurgen van den Berg met wisselende gasten alles wat er bij uw pensionering komt kijken.
(Bron: NU.nl, NOS, Sociale Verzekeringsbank, Van A tot Zekerheid, Aegon Capital, Pensioenfondsnotariaat.nl, Pensioenkoers, Rijksoverheid. Foto: Shutterstock)
Geef een reactie
U moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.
Ik had zo wat geld apart gezet voor een aanvulling op mijn pensioen.
Omdat de rente minimaal was, heb ik dit geld belegd bij een bedrijf speciaal voor gepensioneerden.
Dit geld zou onder een zeer laag risico belegd worden.
Nou heeft dit bedrijf alles weer doorverkocht naar een ander bedrijf en na 1 uitbetaling zitten ze in de problemen en kan ik wel fluiten naar het geld wat ik ingezet had.
Nu spijt, had ik het geld maar op de bank laten staan.