Wat als autorijden niet langer verantwoord is?
Publicatiedatum: 7 juni 2016
Autorijden geeft een gevoel van onafhankelijkheid en het komt regelmatig voor dat mensen met dementie moeilijk te overtuigen zijn te stoppen met rijden. Tegelijk is het voor de omgeving lastig dit ook nog ‘af te pakken’. Toch is het voor de veiligheid van zowel de patiënt als de anderen in het verkeer belangrijk dat goed wordt gekeken of autorijden nog wel verantwoord is.
Onbevoegd
Na de diagnose dementie is iemand in principe onbevoegd om nog langer auto te rijden. Uitgezonderd degenen die ‘zeer lichte’ of ‘lichte’ dementie hebben. Er moet in dat geval wel een rijtest afgelegd worden bij het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Mensen met een matige of ernstige vorm van dementie zijn altijd onbevoegd om een motorvoertuig te besturen. Zij mogen nog wel gebruik maken van een scootmobiel, een bromfiets en een 45 km/uur auto. Het gebruik van de laatste 2 vervoermiddelen is echter sterk af te raden, omdat hier veel ongelukken mee gebeuren.
Verdwalen
Dementie is een sluipend proces en bij zo’n 120.000 mensen in Nederland is de diagnose nog niet gesteld. Mensen met dementie hebben vaak problemen met het vinden van de weg en het goed kunnen beoordelen en inschatten van verkeerssituaties. Zij verdwalen snel en er kunnen gevaarlijke situaties ontstaan. Er komt een moment dat autorijden niet langer verantwoord is, maar soms is het lastig in te schatten wanneer dat punt is bereikt.
Rijtest
Als u niet langer bij iemand in de auto durft te stappen of de (klein)kinderen niet meer wilt laten meerijden kunt u uw naaste een BROEM-test laten afleggen. Aanmelden kan via de plaatselijke afdeling van Veilig Verkeer Nederland. Of u vraagt een beoordeling aan bij het CBR. Als uw naaste niet begrijpt waar u zich druk om maakt of niet wil meewerken, heeft u misschien wat aan de tips van Alzheimer Nederland:
- Speel in op het gevoel door te vragen of hij of zij wil stoppen met rijden aangezien u bezorgd bent en probeer uit te leggen waarom het gevaarlijk is om nog te rijden;
- Schakel iemand met aanzien in om de boodschap over te brengen, zoals bijvoorbeeld de huisarts;
- Neem in het geval dat iemand niet wil stoppen contact op met het CBR. Beschrijf met concrete voorbeelden en feiten waarom het rijden niet meer veilig is. Laat een onafhankelijke 2e persoon (bijv. familielid, buurman of hulpverlener) dit bevestigen. Na zo’n melding wordt degene die niet wil stoppen met rijden altijd opgeroepen voor een (onvrijwillig) onderzoek. Als diegene dit onderzoek weigert, wordt het rijbewijs direct ingevorderd en ongeldig verklaard;
- Soms is het handig om met uw probleem naar de politie te gaan en te vragen of de bestuurder in de gaten kan worden gehouden. Als de politie opvallend rijgedrag of verwardheid constateert, kan zij daarvan melding doen bij het CBR, dat dan een verplicht onderzoek kan opleggen;
- Soms is de huisarts bereid een brief te schrijven naar het CBR en uit te leggen dat de bestuurder vermoedelijk niet meer veilig kan autorijden. Ook dan zal het CBR een verplicht onderzoek opleggen. Een arts mag niet zomaar informatie over zijn patiënten aan derden verstrekken, zonder toestemming van de persoon in kwestie. Er moeten dus heel goede redenen zijn om het beroepsgeheim te doorbreken.
Rijden voorkomen
U kunt zelf ook allerlei andere dingen doen, om het rijden te voorkomen:
- Maak de auto onklaar. U kunt bijvoorbeeld bij de garage een startonderbreker laten installeren, die moet worden gedeactiveerd om de auto te starten.
- Bied aan om zelf te rijden, of stel met de familie een rijschema op.
- Ruil de auto in voor een ander merk of model. Als de persoon met dementie de auto niet kent, is de kans groter dat hij of zij een ander laat rijden.
- Parkeer de auto om de hoek en leg de autosleutels weg. De persoon met dementie wordt er dan minder aan herinnerd dat hij of zij auto wil rijden.
Hoe zit het met de autoverzekering?
Iedere bestuurder van een auto is verplicht een WA-verzekering af te sluiten en bij een gewijzigde gezondheidssituatie is de bestuurder verplicht dit te melden. Op grond van deze informatie kiest de verzekeraar er meestal voor om de verzekering te ontbinden. Bij een ongeval zijn de kosten dan niet langer gedekt. Als de dementie niet gemeld wordt, kan de verzekeraar beslissen om de kosten bij een ongeval op de dementerende bestuurder te verhalen.
Heeft u zelf meegemaakt dat een naaste de auto niet wilde laten staan, terwijl langer doorrijden niet meer verantwoord was? Hoe heeft u dat opgelost?
Geef een reactie
U moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.
Als sportvlieger van 65jaar wordt ik periodiek medisch, en vliegtechisch gekeurd. Dit periodiek begint met iedere 5 jaar, en nu -op 65- iedere 2jaar. Bij 70 gaat dit naar 1jaar, en nog ouder zelfs naar ieder half jaar. Falen van de medische keuring betekend blokkering vliegbevoegdheid tot de kwaal, na herkeuring gecorrigeerd is.