Emina Zorlak: de symboliek achter snoepgoed van Sinterklaas
Publicatiedatum: 29 november 2021
Pepernoten, kruidnoten, chocoladeletters, marsepein, speculaas, suikergoed, borstplaat… Rond Sinterklaas is er nogal wat snoepgoed beschikbaar dat alleen dan gegeten wordt. Waar ligt de oorsprong van al dat snoepgoed en welke symboliek zit erachter? Ik vind het heerlijk om hier in te duiken, liefst met een handje of 2 van bovengenoemde…
Sinterklaas
De verhalen die over Sinterklaas de ronde doen hebben allemaal iets gemeen: Sinterklaas zou zich enorm ingezet hebben tegen armoede, hij hielp arme mensen en zette zich ook in voor de liefde. Hij stimuleerde mensen om hun liefde te uiten en zette mensen hiermee aan tot trouwen. Hij stond daarom ook wel bekend als huwelijksmakelaar. Het woord “goedheiligman” zou een verbastering zijn van “goed huwelijks man”.
Strooigoed
Sinterklaas schijnt bijvoorbeeld 3 zussen te hebben geholpen. Hun vader had geen geld voor een bruidsschat en daarom wilde niemand met ze trouwen. Ze moesten zelf werken en de kans was groot dat ze in de prostitutie moesten voor het geld. Om dit tegen te gaan, zou Sinterklaas munten door hun raam hebben gegooid. Zo hoefden ze zichzelf niet te ‘verkopen’ en waren er plots wel mannen geïnteresseerd om met ze te trouwen.
Het strooien heeft een Germaanse oorsprong en staat symbool voor vruchtbaarheid, omdat het lijkt op een boer die zijn akker inzaait. Vermoedelijk is dit ook de reden dat er tijdens bruiloften met rijst wordt gegooid. Tijdens Sinterklaas wordt er uiteraard ook nog steeds gestrooid, vooral met kruidnoten. En om de verwarring de wereld uit te helpen: kruidnoten zijn harde, kleine speculaasjes en pepernoten zijn die taaie brokken die meer naar anijs smaken. Er zit geen peper in, maar wel andere specerijen. Vroeger werd “peper” gezegd, maar werd er “specerijen” bedoeld.
Speculaaskoek
In de 15de eeuw werden de koeken rond Sinterklaas gebruikt als symbool voor de liefde. Koeken met specerijen werden aan geliefden gegeven, omdat peper werd gezien als stimulerend middel. De man versierde een koek en gaf deze aan de vrouw die hij begeerde. Nam het meisje de koek aan, dan moest ze het nog wel eerst met haar ouders bespreken of ze verkering mocht hebben. Vervolgens werd de jongen uitgenodigd op de koffie: brak ze het hoofd, dan zat de jongen gebakken, maar brak ze de benen, dan moest hij de benen nemen.
Er zijn verschillende theorieën over waarom de koek speculaas heet. Sinterklaas werd erop afgebeeld als heilige. Zo zijn we gekomen tot de naam klaaskoeken en uiteindelijk speculaas. Aan de ene kant kan het afkomstig zijn van het woord specerij, omdat er natuurlijk zoveel specerijen in zitten; een samentrekking van de woorden specerij en claes. Het woord kan ook afkomstig zijn van het Latijnse woord speculator, wat “hij die alles ziet” betekent en verwijst naar de heilige Sint Nicolaas.
Marsepein, suikergoed en borstplaat
Vroeger was marsepein een heel duur, luxe product. Als een jongen verliefd was, dan gaf hij een marsepeinen hart aan een meisje. Vaak zien we marsepeinen varkentjes tijdens sinterklaas. Dat komt omdat varkens van oudsher refereren naar rijkdom.
Suikergoed was een goedkopere versie van marsepein en borstplaat zat daar tussenin, omdat het ook room bevat en smaakt als chocola of vanille. De borstplaat had eigenlijk een dubbele functie. Naast snoepgoed tijdens Sinterklaas fungeerde het ook als een medicijn tegen verkoudheid. Suiker zou tegen deze verkoudheid en de kou op de borst helpen.
Chocoladeletter
Het schijnt dat kinderen vroeger in kloosters leerden lezen en schrijven door middel van letters van deeg en dat ze die aan het einde van de dag mochten opeten. Hier zou de traditie van de letters vandaag komen. Vroeger werden cadeautjes onder een laken gedaan en daarop de eerste letter van hun naam, zodat ze meteen wisten – als ze goed hadden geleerd – waar ze moesten zijn.
Zelf aan de bak!
Van het lezen over al het lekkers heb ik zin om te bakken, maar dan wel iets wat zowel lekker als voedzaam is. Of tenminste, iets minder ongezond. Dus hierbij mijn versie van de wat voedzamere banketstaaf. Geniet ervan!
Knapperige verantwoorde banketstaaf
- 2 vellen filodeeg
- 1 eetlepel boter
- 5 medjouldadels
- 150 gram amandelmeel
- 1 ei
- 2 theelepels koek- en speculaaskruiden
- Snufje zout
Verwarm de oven voor op 180 graden. Ontdooi de vellen filodeeg en pak ze in in een vochtige theedoek. Ontpit de dadels en week ze circa 10 minuten in een kommetje warm water. Smelt de boter in een pannetje.
Giet de dadels af en doe ze in een hakmolen of hoge maatbeker. Pureer of mix tot gladde pasta. Doe de dadelpasta in een kom en voeg het amandelmeel, de kruiden en een snufje zout toe.
Kluts het ei en voeg bijna alles toe, maar houd een lepel over. Kneed het geheel tot homogene massa en rol tot pil van dezelfde lengte als het filodeeg.
Leg 1 vel filodeeg voor je en bestrijk met de gesmolten boter. Leg het 2e vel filodeeg daarom en bestrijk weer met boter.
Leg de spijspil op het filodeeg en rol helemaal op, zodat de pil is ingepakt in filodeeg. Bestrijk met boter en de rest van het ei. Leg op een met bakpapier beklede bakplaat en bak circa 20 minuten in de oven.
TIP:
Voor een frissere banketstaaf vervangt u de koek- en speculaaskruiden door de rasp van een halve citroen.