Deel 1: Woonstijl bepalen

In deel 1 legt Paulette Iliohan uit dat er verschillende woonstijlen zijn en ze beschrijft ze hier een voor een.

Als u uw huis opnieuw gaat inrichten, is het goed om te weten welke interieurstijlen er zijn. Zo krijgt u een idee welke stijl of stijlen bij u passen. We onderscheiden er hier vijf.

Landelijke stijl

De landelijke, oftewel de romantische stijl, gaat uit van de rust en de sfeer van het platteland. U maakt gebruik van natuurlijke materiaal zoals wol, linnen, katoen en hout. De kleuren zijn naturel zoals wit, grijs- en bruin/camel-tinten.

Natuurlijke stijl

Het idee van natuurlijk wonen is dat u in huis de materialen gebruikt die in de natuur te vinden zijn zoals bamboe, sisal, vilt en hout. De ontwerpen zijn milieuvriendelijk: gerecycled plastic bijvoorbeeld! De kleuren zijn rustig; veel witten en groentinten.

Moderne stijl

Voor de moderne stijl geldt ‘less is more’. Strakke vormgeving, functionaliteit en af toe een statement door een kunstwerk of een designklassieker. Materialen die u in de moderne stijl kunt gebruiken zijn bijvoorbeeld glas, rvs, beton en leer. De moderne stijl heeft een rustig kleurgebruik met hooguit 1 knallende kleur als accentkleur, bijvoorbeeld rood of geel.

Trendy stijl

De trendy (kleurrijke) stijl staat bekend om het combineren van verschillende vormen en dessins. Gekleurde stoffen, kunststof, behang met dessin, gespoten mdf of geschilderd hout zijn materialen die u in deze stijl veel tegenkomt. Ook is er veel kleur in de meubels en omgeving terug te vinden.

Klassieke stijl

Bij klassiek kunt u denken aan kroonluchters, banken van velours en grote plavuizen: alles wat luxe en weelde ademt.

Waarschijnlijk weet u zelf al bij welke stijl of stijlen u zich thuis voelt. In het volgende deel leert u hoe u uw voorkeuren concreet kunt maken in een moodboard. Dit kunt u doen door onder andere te knippen en plakken, net als vroeger. Klik hier als u terug wilt naar het overzicht van de cursus.