Deel 1: Materialen verzamelen

Kijk eerst wat u in de kast heeft hangen! Daar hangen kledingstukken die u niet meer draagt, maar waar u nog wel iets mee kunt doen: een blouse met een leuke print, knopen van een versleten blouse of een zwart shirt of jurkje, dat te saai is.

Vintage markten en kringloopwinkels

In kringloopwinkels en op vintage markten vindt u vaak kleding met bijzondere printjes. Die kunt u bijvoorbeeld gebruiken als voering in een tas.

Familie en vrienden

Laat iedereen in uw omgeving weten dat u aan het pimpen bent. Heel veel mensen hebben nog bakjes met kraaltjes, knoopjes en lintjes waar ze toch niets mee doen.

Bewaartips:

• Oude T-shirts kunt u verknippen. Met eventuele prints kunt u bijvoorbeeld een leuke shawl maken. Geknipte stroken kunt u vlechten. De vlecht kunt u heel lang maken en als ketting gebruiken of als decoratie op een ander shirt.
• Dure babypakjes die niet meer passen, maar bijzondere prints hebben, kunt u hergebruiken in een nieuw kledingstuk.
• Van huishoudtextiel zoals theedoeken kunt u ook leuke dingen maken. Bijvoorbeeld een zomerse korte broek van een theedoek.
• Een enkele oude sok, bijvoorbeeld een skisok met sterrenprint, kunt u doormidden knippen. Uit de lap die overblijft, kunt u stukken knippen om op een shirt te stikken. Oude sokken zijn ook dankbaar om knuffels mee te maken.

Gooi dus niets weg waarvan u denkt: Ik kan het nog gebruiken. En schaf wat materialen aan, die bij het pimpen handig zijn. In deel 2 heeft Mechteld het over transferpapier. Klik hier als u terug wilt naar het overzicht van de cursus.