Ja en amen
Gedurende het tijdperk van de amateurfilm speelt de kerk een grote rol in het dagelijks leven van veel Nederlanders. Dat begint al bij de doop en blijft zo tot het einde van het leven.
Gedurende het tijdperk van de amateurfilm speelt de kerk een grote rol in het dagelijks leven van veel Nederlanders. Dat begint al bij de doop, en blijft zo tot het einde van het leven. Voor de maaltijd en voor het slapengaan wordt gebeden, zondag staat in het teken van kerkbezoek. Katholieke kinderen gaan ter communie, de pastoor of dominee komt op huisbezoek. Alles in het leven verloopt langs verzuilde lijnen. Katholieken en protestanten hebben eigen scholen, sportclubs, arbeidersverenigingen, kranten, ziekenhuizen, kaartclubs, biljartverenigingen en muziekkorpsen. Soms ook eigen groenteboeren, kruideniers en slagers. Twee geloven op een kussen, daar doen we niet aan. Een Zeeuwse amateurfilm laat gereformeerde mannenbroeders zien die voor de achterban hoogstpersoonlijk de leesmap samenstellen. Want lang niet elk tijdschrift is geschikt.
Aan de hand van vele, door gewone Nederlanders gemaakte, amateurfilms wordt het verhaal verteld van de rol van de kerk in ons leven, en hoe die vanaf de jaren 60 razendsnel verandert. In enkele decennia maakt een groot deel van de Nederlanders zich los van de kerk. Met in deze aflevering ook bijzondere amateurbeelden gemaakt tijdens de oorlog op een boerderij in Nieuw-Vennep: een gereformeerde boer acht het zijn religieuze plicht om Joodse medeburgers te laten schuilen op zijn boerderij. Tot het onderduikadres verraden wordt.