Paleis… what’s in a name?
Publicatiedatum: 24 september 2018
Binnenkort vindt iets bijzonders plaats in het gezin van koning Willem-Alexander: de koning verhuist met vrouw en puberdochters (en de papegaai en de labradors) van Villa Eikenhorst in Wassenaar naar Paleis Huis ten Bosch in Den Haag. Een echt paleis! Voor de koning een bijzonder moment, dat zonder meer herinneringen aan zijn eigen puberjaren zal oproepen. Een jaar nadat zijn moeder Beatrix koningin werd, in 1981, betrok de nieuwe koningin en prins Claus en hun 3 zonen het oude Oranjepaleis in het Haagse Bos. Een hele verandering, want het gemoedelijke leven op het intieme Kasteel Drakensteyn werd verruild voor het officiële vorstenleven in een historisch paleis. Maar waar komt nu die ons zo vertrouwde benaming ‘paleis’ vandaan? We gaan even met de tijdmachine naar het Oude Rome…
Van Rome naar Den Haag
Ons woord paleis, als aanduiding van de woning van een vorst, is afgeleid van de naam van de woning van Augustus, de legendarische keizer van het Romeinse Rijk. Het gebouwencomplex in Rome waar Augustus woonde en regeerde, lag op één van de Zeven Heuvelen van Rome, de Palatinus. Al snel werd de keizerlijke residentie het ‘Palatium’ genoemd. Deze Latijnse naam werd honderden jaren later in Duitsland verbasterd tot ‘palts’ en ‘Palast’, terwijl de Fransen de woning van hun koning ‘palais’ gingen noemen. En van dit ‘paleis’ is ons woord paleis en het Engelse woord ‘palace’ afgeleid. Hoewel wij ook spreken van Paleis van Justitie, of gokpaleis, vinden wij dat het woord toch echt hoort bij de woning van een prins, een koning of een keizer.
Paleis of tempel?
In het Romeinse Rijk werden aan heersers altijd bijzondere kwaliteiten toegedicht. Vooral de keizer viel een bijzondere eer ten deel: hij werd vergoddelijkt. Door hem uit te roepen als godheid en hem te plaatsen in de lange rij van goden en godinnen die wij uit de klassieke mythologie kennen, ontsteeg hij het aardse, het menselijke. Nu waren er ook wel heersers die niet wilden wachten tot ze dood waren. Zij wilden die aanbidding al tijdens hun leven meemaken. De bekende Julius Caesar was zo’n man. Hij voelde zich ‘god’ in eigen huis en dus liet hij zijn huis er uit zien als een tempel van een god! Boven de ceremoniële ingang van zijn woning liet hij een fronton plaatsen, een driehoekige gevelbekroning die zo kenmerkend is voor de aanblik van een klassieke godentempel. Het tempelfronton werd altijd gevuld met een groot beeld van de godheid die er wordt vereerd, maar sinds Caesar plaatsten Europese vorsten hun gebeeldhouwde wapen in het fronton van hun eigen paleis. Ook de Oranjes. In de 17de eeuw kreeg Paleis Noordeinde een nieuwe gevel in ‘klassieke’ trant, met Romeins-achtig beeldhouwwerk van strijdende krijgers in het grote fronton boven het balkon. De naar voren uitstekende vleugels kregen elk een eigen fronton, gevuld met de wapens van prins Willem II en prinses Mary Stuart. Paleis Het Loo was een jachthuis, een tempel van Diana, de klassieke godin van de jacht. En nog steeds is haar borstbeeld te zien in het fronton van Het Loo!
Ook Paleis Huis ten Bosch kreeg een fronton, maar die is in de 18de eeuw afgebroken om plaats te maken voor ander beeldhouwwerk. Maar oorspronkelijk werd de ingangspartij bekroond met een driehoekig tempelfronton met het wapen van prinses Amalia van Solms. Zij was de vrouw die dit huis heeft gebouwd.
Palace, sweet palace…
De Eikenhorst is weliswaar ook de woning van een koning, maar de villa promoveerde nooit tot een paleis, ook niet toen Willem-Alexander, die er al woont sinds 2003, koning werd. Het gebouw lijkt ook helemaal niet op een paleis, hoe weids de gevel ook oogt. Het is ook een betrekkelijk nieuwe woning, gebouwd in de jaren ’80 voor prinses Christina. Toen de prinses na haar scheiding met de kinderen naar het buitenland vertrok, richtten prins Willem-Alexander en prinses Máxima het leegstaande huis in tot hun woning.
Maar een koning heeft ruimte en decorum nodig. En dus viel het oog op het Huis ten Bosch. De oude gezinswoning in de rechter vleugel van het oude paleis was nodig aan renovatie toe. Ook werd het tijd voor achterstallig onderhoud aan de kwetsbare en kostbare officiële zalen in het 17de-eeuwse hoofdgebouw. Maar binnenkort is het zover en rijden de verhuiswagen heen en terug. En wordt het paleis weer bewoond door een koning.