partnerpensioen

‘Kan ik van dat partnerpensioen af?’

Mevrouw Jansen hoopt over een paar jaar te stoppen met werken. Vooruitlopend hierop legt ze aan ons een kwestie voor over haar pensioenopbouw.

“Volgens mijn overzicht bouw ik pensioen op voor mijn man. Maar ik heb helemaal geen man! En meer nog: ik wíl helemaal geen man. Ik red het prima in mijn eentje. Waarom bouw ik dan toch pensioen op voor die niet bestaande vent? Ik wil dat pensioen zelf hebben. Valt dat te regelen? Ik heb er toch zelf voor gespaard?”

Opbouw en risico

Een even simpele als terechte vraag van mevrouw Jansen, één die regelmatig aan de orde komt in ons spreekuur. Het antwoord is helaas iets ingewikkelder. Eerst moet je namelijk weten wat voor soort partnerpensioen je eigenlijk hebt. Er zijn 2 soorten: op opbouwbasis en op risicobasis. Het partnerpensioen op risicobasis is te vergelijken met een overlijdensrisicoverzekering. Het dekt het risico van overlijden alleen in de periode waarin je bent aangesloten bij het pensioenfonds. Dus als je stopt met werken, bijvoorbeeld omdat je met pensioen gaat, vervalt het partnerpensioen op risicobasis. Of je wel of geen partner hebt, maakt dan dus niet uit: in beide gevallen wordt er na je overlijden niets uitgekeerd. Het spreekt voor zich dat de premie voor dit partnerpensioen niet zo hoog is.

Ruilen

Het partnerpensioen op opbouwbasis is te vergelijken met een spaarpotje. Wat eenmaal is opgebouwd, blijft opgebouwd, ook als je al met pensioen bent gegaan. Als je, net als mevrouw Jansen, geen partner hebt, heb je niets aan dit partnerpensioen. Terwijl je er natuurlijk wel flink premie voor betaalt. De pensioenwet geeft hiervoor een oplossing. Heb je een partnerpensioen op opbouwbasis, dan krijg je alleen vóór je pensioendatum de keuze om het partnerpensioen om te zetten in een hoger ouderdomspensioen. Dit heet uitruil. De enige voorwaarde is dat je de keuze voor uitruil doorgeeft vóórdat het pensioen is ingegaan. Daarna is het echt te laat. Deze uitruil kan overigens ook de andere kant op. Stel je hebt wel een partner, dan kun je kiezen voor een lager ouderdomspensioen in ruil voor een hoger partnerpensioen. Als je denkt dat je eerder komt te overlijden dan je partner, kan dit een verstandige keuze zijn. Helaas geldt ook hier dat je de keuze vóór de eerste pensioendag gemaakt moet hebben.

Vraag het na!

Terug naar mevrouw Jansen. Zij heeft geen idee welke van de 2 soorten partnerpensioen zij heeft. Hierin is zij niet de enige: het pensioenoverzicht biedt hier niet altijd duidelijke informatie over. Aarzel dan ook niet om dit na te vragen bij het pensioenfonds. Wij adviseerden mevrouw Jansen ook om dit te doen. Wat blijkt: ze heeft een partnerpensioen op opbouwbasis. En voor het eerst is ze hier wel blij mee. Na uitruil zal ze namelijk een hoger pensioen krijgen dan ze altijd heeft gedacht.

MAX-leden kunnen met vragen, problemen of klachten gratis terecht op het telefonisch spreekuur van de MAX Ombudsman op nummer 035-677 55 11, elke werkdag van 10 tot 12 uur.

 

Geef een reactie

Reacties (2)

    oosterwijck says:

    Naar aanleiding van bovenstaande informatie, heb ik even contact opgenomen met het pensioenfonds (PWRI) om te informeren of ik de uitruil moet aanvragen. Ik heb namelijk mijn pensioenaanvraag ingediend, omdat ik, per 1 oktober 2019 officieel gepensioneerd ga. Het antwoord van PWRI was:

    Bij gehuwden moet de uitruil aangevraagd worden, voordat het pensioen ingaat. Bij gescheiden partners, waarbij de ex partner géén pensioenaanspraak heeft, wordt de uitruil automatisch geregeld en bij het pensioen opgeteld, omdat bekend is dat je alleenstaand bent. Indien de ex partner wel aanspraak maakt op een deel van het pensioen, wordt de afdracht van het partnerpensioen aan de ex partner ook automatisch geregeld.

    De uitruil is niet heel duidelijk bekent, bij veel werknemers en dat kan veel schelen als beide partners een volledig pensioen opbouwen. Bij beide partners wordt een reservering voor het partnerpensioen in mindering gebracht op het uiteindelijke pensioen. Terwijl beide partners geen partnerpensioen nodig hebben, omdat beide partners een eigen pensioen hebben. Dat kan al snel €1000 per maand verschillen in gezamenlijk inkomen.

    oosterwijck says:

    Het probleem is niet alleen het partnerpensioen. Ook het Wezenpensioen is een aanleiding om de klant te duperen. Bij PME had men het partnerpensioen ingeruild, omdat ik geen partner had tijdens de opbouw van het pensioen (ik was al lange tijd daarvoor gescheiden), maar men hield wel het Wezenpensioen in stand (per 1 oktober 2019), bij vaststelling van mijn pensioen. Terwijl mijn kinderen ouder dan 40 jaar zijn en zelf (bijna) volwassen kinderen hebben. Het moet iedereen duidelijk zijn, dat mijn volwassen gehuwde kinderen, (met zelf kinderen) nooit een wezenpensioen zullen ontvangen. En toch heeft het PME pensioenfonds, een Wezenpensioen gereserveerd. Ik kan alleen maar adviseren: Mensen let op je zaak, criminelen liggen op de loer.