Bijnamen en etiketten
Publicatiedatum: 16 mei 2016
Ella (38) werd vroeger thuis geen Ella, maar ‘sloddervosje’ genoemd. Of brekebeentje. Ze viel uit de kinderstoel, struikelde over stoepranden, liet het servies uit haar handen vallen tijdens de afwas en verstuikte minstens een keer per jaar een enkel of pols. Je hebt van die kinderen…. Ella was in het gezin ‘de-onhandige-met-de twee-linkerhanden’. Als de zondagse tafel werd gedekt, kreeg Ella jarenlang een witte mok in plaats van een antiek kopje van grootmoeders servies. ‘Jij breekt het toch maar’ werd er dan gezegd.
Inmiddels is Ella volwassen en gelukkig getrouwd met Gerard. Ze breekt geen benen meer, het huishouden draait als een tierelier en ze heeft een goede baan als directiesecretaresse. Haar collega’s geloven haar niet als ze vertelt dat ze vroeger sloddervosje werd genoemd. Ella? Die is zo punctueel en accuraat als wat!
En toch: als Ella bij haar ouders op bezoek gaat of als er een familiebijeenkomst is, dan ‘schiet’ ze in de rol van vroeger. Haar handen gaan vanzelf trillen als ze de koffiekopjes volschenkt. Bijna zet ze de suikerpot naast het tafeltje. Ja, van die dingen, het stempel van vroeger lijkt te branden op haar voorhoofd.
Kort geleden hebben Ella en Gerard de sleutel van hun nieuwe huis gekregen en is Ella aan het schilderen geslagen. Ook heeft ze in haar eentje de gang behangen. Haar schoonouders vinden het eindresultaat zo mooi, dat ze Ella vragen om ook hun woonkamer een opknapbeurt te geven. Ze is trots op zichzelf: ze kán het! Ze heeft helemaal geen twee linkerhanden! Maar als ze een week later op de verjaardag van haar vader enthousiast vertelt over al die verbouwingen, ligt haar hele familie dubbel van het lachen: ‘Jaja, dat zal er wel lekker uitzien’.
Het verhaal van Ella is een voorbeeld van zogenaamde ‘familie-faalangst’. In mijn werk hoor ik vaak de pijn in dit soort verhalen. Het zijn de ervaringen over de ‘rol’ die je krijgt toebedeeld in het gezin waarin je opgroeit en waar je nooit mee van af lijkt te komen. Je blijft ‘de stoere die alles aankan’, ‘het verlegen meisje dat overal bang voor is’ of ‘de grapjas met wie je altijd pret kunt maken’. Is het mogelijk van die hardnekkig plakkende etiketten af te komen? Dat is lastig. De schoonfamilie kan zorgen voor een frisse wind – zoals in het geval van Ella die ondanks haar bijnaam reuze handig blijkt te zijn – maar het mooiste is natuurlijk als een eigen moeder, broer of zus tegen een ‘brekebeentje’ zegt: Je blijkt ook heel handig te zijn!
Etiketten en bijnamen zetten zich vast in kinderen. Wie ‘angsthaasje’ wordt genoemd, gaat zich daarnaar gedragen. Focus niet op één kant van een kind, kijk naar andere kwaliteiten die er altijd zijn en bevestig die.