Nationaal bergingsprogramma voor vliegtuigwrakken Tweede Wereldoorlog
Publicatiedatum: 30 mei 2018
Als het aan het CDA en ChristenUnie ligt komt er een nationaal bergingsprogramma om de laatste vliegtuigwrakken uit de Tweede Wereldoorlog te bergen. Het bergen zou recht doen aan de soldaten die hun leven hebben gegeven voor onze vrijheid en om die reden willen de coalitiegenoten dat het Rijk de berging volledig gaat betalen.
Hoge kosten
Op verschillende plekken in Nederland liggen de laatste 30 tot 35 geallieerde vliegtuigwrakken uit de Tweede Wereldoorlog. De vliegtuigwrakken liggen verspreid over heel Nederland, onder andere in het IJsselmeer, onder het zand en op grond waar nog niet gebouwd is. Veel gemeenten gaan nu niet over tot het bergen van deze wrakken, omdat zij de hoge kosten niet kunnen betalen. Ze krijgen 70 procent van de kosten vergoed en moeten de rest zelf bijleggen. Maar de berging van een vliegtuigwrak is een ingewikkeld en zeer kostbaar.
Moeilijk lokaliseren
In en rond die wrakken liggen vermoedelijk de stoffelijke overschotten van ruim 1.000 bemanningsleden van de vliegtuigen. Veel van deze bemanningsleden zaten in een vliegtuig dat is neergestort in de Waddenzee of het IJsselmeer. In het water zijn de wrakken moeilijker te lokaliseren en op te graven. Nabestaanden dienen regelmatig een verzoek in om een vliegtuigwrak op te graven om zo familieleden te identificeren en te herbegraven. Maar vanwege de hoge kosten zien gemeenten hier vaak van af.
Erezaak
Volgens de ChristenUnie gaat het om een erezaak. “De vermiste piloten en bemanningsleden gaven in de Tweede Wereldoorlog hun leven voor onze vrijheid. Nabestaanden willen graag dat vliegtuigwrakken worden opgegraven zodat hun familieleden, zelfs als ze die niet zelf gekend hebben, kunnen worden geïdentificeerd en herbegraven”, aldus ChristenUnie-Kamerlid Stieneke van der Graaf. Nederland viert in 2020 75 jaar vrijheid. Hiervoor is een hevige strijd geleverd. Volgens CDA-Kamerlid Harry van der Molen moet het Rijk de bergingskosten gaan betalen. “Om recht te doen aan de inspanningen die deze soldaten hiervoor hebben geleverd en uit respect voor de nabestaanden, vinden wij dat de Rijksoverheid het heft in handen moet nemen”.
Liever dood dan vermist
In januari 2018 zendt MAX de documentaire Liever dood dan vermist uit over de talloze vliegtuigwrakken en bemanningsleden die nog niet geborgen zijn. Regisseur Gisèla Mallant en interviewer Frénk van der Linden volgen in de documentaire Liever dood dan vermist de Bergingsdienst van de Koninklijke Luchtmacht. Naar aanleiding van deze uitzending stelden Stieneke van der Graaf en Harry van der Molen al Kamervragen. Het voorstel van vandaag is hier een vervolg op. Binnenkort praat de Tweede Kamer over het nationale bergingsprogramma.
(Bron: NOS)