Bodyscan
Een bodyscan is een preventief medisch onderzoek. Met behulp van MRI- en CT-scans kunnen aandoeningen en ziekten in een vroeg stadium worden opgespoord.
CT-scan
Een CT-scan werkt met röntgenstralen net zoals bij het bekijken van een gebroken been. Bij een CT-scan draait de röntgenbuis om het lichaam heen. Vervolgens maakt een snelle computer een soort doorsnede van het lichaam. Hierdoor kan een arts als het ware ‘plakjes’ van het lichaam zien. Als die plakjes naast elkaar gelegd worden, ontstaat er een driedimensionaal beeld van het lichaam. Hierop is te zien of er ergens een afwijking zit aan bijvoorbeeld de bloedvaten, hersenen en longen. Ook tumoren en botbreuken zijn te zien.
MRI-scan
Een MRI-scan maakt geen gebruik van röntgenstralen. Hier moet de patiënt tijdens het onderzoek in een soort tunnel liggen. Er wordt hierbij gewerkt met sterke magneten. Met de magneten worden de watermoleculen in de weefsels van het lichaam in een andere richting gedraaid. Het terugdraaien gaat in zacht weefsel sneller dan in hard weefsel. Het verschil wordt met de computer verwerkt tot een driedimensionaal beeld. Aandoeningen die getoond kunnen worden zijn: hernia, osteoporose, artrose, fracturen en tumoren in bijvoorbeeld het ruggenmerg.
Nadelen
Er zijn ook nadelen aan het preventief maken van een bodyscan. Er kan sprake zijn van ‘vals alarm’ waardoor er riskant vervolgonderzoek gedaan wordt zonder dat het nodig is. Dit leidt vervolgens tot overdiagnose. Er kan namelijk ook iets gevonden worden dat geen kwaad kan. Hierdoor kan een patiënt onzeker over worden. Het tegenovergestelde is ook mogelijk. Er kan bij een preventieve scan ook niets gevonden worden. Dit wilt niet zeggen dat u niets mankeert.
De röntgenstralen van de CT-scan zijn schadelijk. Daarom is het van belang om een dergelijk onderzoek te doen, indien er geen andere manier is voor het opsporen van de klacht. Een MRI-scan is niet mogelijk als een patiënt metaal in het lichaam heeft zoals een kunstheup of een pacemaker.
Tip: ga met klachten altijd eerst naar uw huisarts. Hij of zij kent u het beste en kan u doorverwijzen naar een specialist verbonden aan een ziekenhuis. Indien noodzakelijk, kan de specialist een verwijzing geven voor een scan.
Dit onderwerp is besproken in Tijd voor MAX op 6 oktober 2009.