Duur 12:45
Gepubliceerd op 13 december 2024

De viool, zijn ouders, optreden, geluk en de dood: een openhartig gesprek met Herman van Veen

Herman van Veen is bijna 80 jaar, maar staat nog volop in het leven. Hij geniet van alles om zich heen en prijst zichzelf een gelukkig mens. Hij geeft zijn leven een 9,2 en schrijft in zijn boek Hoe word je zó gelukkig over zijn leven. Over datzelfde leven, heeft hij een openhartig gesprek in Carrie op Vrijdag.

Klein en groot geluk

Voor Herman is er klein geluk en groot geluk. “Klein geluk kan zijn dat je in de tuin wandelt en een bepaald licht op berkenbomen ziet. Dan denk ik: ik blijf hier even staan. Dat het allemaal verandert, niets hetzelfde blijft en alles om je heen voortdurend verkleurt. Daar ben ik erg van onder de indruk. Dat vind ik een wonder”, zegt hij in Carrie op Vrijdag.

Groot geluk vindt Herman als hij naar zijn kinderen kijkt. “Ik kan daar stiekem heel erg van genieten, hoe ik mijn ouders zie in mijn kinderen. Ik kan soms mijn zoon zien lopen en dan zie ik mijn vader lopen. Daar kan ik heel geraakt door zijn.”

Ouders

“Ik heb mazzel”, gaat Herman verder. “Zowel genetisch als met fantastische ouders.” Hij heeft een gelukkige jeugd, met een vader en moeder die er altijd voor hem zijn en zich “wezenlijk” in hem interesseren. “Ten koste van heel veel. Want als wij iets wilden, moest er overgewerkt worden.” Vooral zijn vader, die overwerkt om de vioollessen van zijn zoon te kunnen betalen. “Ik weet niet hoeveel daglicht hij gezien heeft in zijn leven, maar minder dan ik.”

Mevrouw Doornekamp

Herman krijgt zijn eerste viool van het schoolhoofd van zijn lagere school. Herman is de hele dag maar aan het fluiten. “Ga daar maar op fluiten”, zegt de directeur tegen Herman, terwijl hij hem een viool overhandigt. Met de viool in de hand, loopt Herman naar huis. “Daar moet ik dan les in krijgen”, denkt hij dan.

Ildi Németh groeit in Nederland op met een getraumatiseerde Hongaarse vader
Lees ook: Hoe Ildi haar traumatische jeugd overwon: ‘Ome Willem bracht humor in huis’

Zo gezegd, zo gedaan. Herman gaat op vioolles en komt terecht bij juffrouw Doornekamp, die hij omschrijft als zijn reservemoeder. “Ik kom uit de Vogelenbuurt in Utrecht. Een buurt van voetballen, knokken, feesten, bier. Maar zij trok mij uit de straat, een andere wereld in.” Zij adviseert Herman op een andere manier naar de wereld te kijken. “Pak dit boek eens op. Ga eens naar dat museum. Luister eens naar deze muziek”, zegt juffrouw Doornekamp regelmatig tegen Herman. “Zij maakt mij ongelooflijk nieuwsgierig naar schoonheid.”

Viool

Herman vindt geluk, maar ook troost in zijn viool. “Ik heb zoveel meegemaakt met die viool. Het hoort bij mij. Ik besta zonder viool, dan ben ik er ook. Maar met die viool, ben ik er helemaal. De viool is voor mij het mooiste instrument dat binnen mijn bereik is. Op een bepaalde manier kan ik op de viool iets, waardoor mensen naar mij luisteren, door de manier hoe ik met dat ding omga. Ik kan er op vertellen, ik ben echt een fiedelaar.”

Bijna 80

Volgend jaar op 14 maart, blaast Herman van Veen maar liefst 80 kaarsjes uit. “Dat gaan we groot vieren”, zegt hij. “Op bijzondere plekken waar ik de afgelopen 60 jaar gespeeld heb. Het wordt een soort toer, van New York, naar Londen, Parijs, Amsterdam, Antwerpen, Wenen. Dat gunnen wij onszelf en daar kijk ik echt naar uit. Maar je doet het er niet bij, want het is een ongelooflijke klus.”

De agenda van Herman staat tot 2028 vol, met allerlei optredens. “Telkens dat uitzicht, daarnaartoe rijden, die voorbereidingen. Daar geniet ik ongelooflijk van. En misschien is dat ook de truc, want dan moet je toch je tanden blijven poetsen en blijven bewegen. Ik kan mij een leven zonder spelen en zingen niet voorstellen.”

De dood

Helaas maakt Herman ook steeds vaker mee dat iemand in zijn buurt komt te overlijden. “Het is heel naar. Er gaat elke week wel iemand dood die je heel goed hebt gekend. Dat is een ding, dat vind ik niet makkelijk.” Hij is zelf ook bang voor de dood. “Ja natuurlijk ben ik dat. Ik zit daar niet op te wachten en ga er alles aan doen om dat niet te laten gebeuren.” Het doet hem denken aan een passage die hij recent schrijft, in een van zijn schriftjes die hij altijd bij zich heeft. “Mag ik mijn moeder terug?”, luidt het zinnetje. “Dat heb je soms, zeker met kerst. Ik zou het toch wel heen fijn vinden als zij weer binnen zou komen.”

De gehele uitzending terugkijken kan hierCarrie op Vrijdag is elke vrijdag te zien om 19.00 uur op NPO 1.

Geef een reactie

Bekijk ook

Meer