Het onweert vaak na warm weer: dit is waarom

Na een periode van (erg) warm weer, wordt de hitte vaak verdreven door een flinke onweersbui. De afkoeling is meestal erg welkom, het onweer en de hevige buien die er soms mee gepaard gaan wat minder. Maar hoe komt het dat het zo vaak onweert na warme dagen?

Combinatie van factoren

Om tot onweer te komen is er een combinatie van factoren nodig. Pas als die er zijn is het mogelijk dat het gaat onweren. Tijdens warme periodes worden die factoren langzaam opgebouwd, tot ze letterlijk een ontlading veroorzaken . Hieronder beschrijven we de verschillende vereisten die daarvoor nodig zijn.

Koude versus warme lucht

Onweer ontstaat in de koelere luchtlagen. Bij hitte warmt de lucht dicht bij de grond flink op, maar hoog in de lucht is de temperatuur vele malen lager. Op zo’n 10 kilometer hoogte kan het wel -50 graden zijn. Hoe warmer het aan de grond is, hoe meer en hoe hoger de lucht stijgt. Om tot onweer te komen moet de warme lucht tot een kilometer of 12 hoog komen. Maar voor onweer is er meer nodig dan dat de warme en koude luchtlagen met elkaar in aanraking komen.

Vocht in de lucht

Naast het contact tussen warme en koude luchtlagen is er ook vocht nodig. Ter vergelijking, in extreem hete, maar droge gebieden komt het niet vaak tot onweer, terwijl de lucht daar meestal toch erg warm is en ook naar de hoger gelegen koelere lagen stijgt. Ook in Nederland is de lucht soms erg droog. De lucht is dan vaak strakblauw. Dat is onder andere afhankelijk van waar de lucht vandaan komt. Uit het droge vasteland van het oosten of bijvoorbeeld vanaf zee. Wanneer er veel vocht in de lucht is, kan dat verdampen, waardoor wolken ontstaan. Uit die wolken kan neerslag vallen, maar ook dat is geen garantie dat er dan ook onweer ontstaat. Wel is het vaak goed te merken als er onweer op komst is. Door de hoge luchtvochtigheid is het dan meestal erg benauwd. Ook het plotselinge opduiken van onweersbeestjes is een indicatie dat er waarschijnlijk onweer gaat losbarsten.

Elektrische lading

Daar is namelijk nog een factor voor nodig: elektrische lading. Die lading ontstaat als de warme, vochtige lucht snel opstijgt en een wolk vormt. Binnen zo’n wolk kan er zowel stijgende als dalende lucht aanwezig zijn. De grotere waterdruppels vallen dan naar beneden, maar de kleinere druppels blijven in de vorm van damp stijgen. Wanneer de stijgende damp en vallende regendruppels langs elkaar wrijven ontstaat er elektrische lading. Daardoor worden ontladingen mogelijk tussen de wolk en andere wolken of tussen de wolk en de aarde. Doordat de positieve en negatieve deeltjes elkaar proberen op te heffen is er een lichtflits als reactie te zien. Bliksem van een wolk naar de grond wordt verticale ontlading genoemd, van wolk naar wolk horizontale ontlading. De lucht zet daarnaast sterk uit en dat resulteert weer in geluid: het donder dat we horen. Het donderende geluid legt in 3 seconden een afstand af van ongeveer 1 kilometer. Het verschil in tijd tussen bliksem en donder geeft een indicatie voor de afstand tot het onweer.

Misschien nog meer factoren

Voor zover meteorologen nu weten zijn temperatuurverschillen in de lagen, vocht en de elektrische lading door wrijving de factoren die verantwoordelijk zijn voor de vorming van onweer. Helemaal zeker weten zij het echter niet en er wordt onderzocht of er niet toch nog meer bij komt kijken. Maar dat zal dus nog moeten blijken.

Lees ook: wat te doen bij onweer?
Wat u het beste wel en niet kunt doen bij onweer.
Daarom ruikt het zo lekker na een regenbui! 
Is uw huisdier bang voor onweer? Dit kunt u doen.

(Bron: KNMI, Quest)

Geef een reactie

Reactie

    luk1951 says:

    Het maakt ook een groot verschil of je in een grote stad woont of op het platteland, in de grote stad zijn de meeste gebouwen en flats voorzien van bliksemafleiders,